Tagarchief: Bonnard

Waarom een cholera-epidemie de Côte d’Azur groot maakte


op een door coronaperikelen hallucinant lege Promenade des Anglais in Nice wordt een wandelaar gecontroleerd of hij daar wel mag lopen

Stel nou eens dat er van 1832 tot 1834 geen heftige cholera-epidemie door Frankrijk heen had geraasd. En dat die niet had gedreigd over te slaan naar Italië. En dat dus het rijtuig van Lord Brougham en zijn dochter, op doorreis naar Italië, niet bij de rivier de Var ten westen van Nice was tegengehouden. Zou Henri Matisse dan in 1917 onderstaand schilderij van de toen al iconische Promenade des Anglais in Nice hebben geschilderd?

Matisse, Promenade des Anglais, 1917

En had ik dan afgelopen 13 maart in het Mamac, het Musée d’Art Moderne et d’Art Contemporain van Nice, kunnen ronddolen?

deel van het Mamac in Nice

Bij dit soort als-vragen trekt levensgezel altijd lichtelijk z’n wenkbrauwen op en weet ik dat er zo’n soort opmerking komt als ‘als ik nog een broer had gehad, had die dan bruine bonen gelust?’. Maar zeg nou zelf. De nieuwsstroom begin maart raakte bijna volledig verstopt door een pandemie aan corona-berichten. Terwijl bovendien de dag na mijn bezoek het Mamac werd gesloten voor onbepaalde tijd. Logisch toch dat toen die als-vragen in me opkwamen gezien de epidemiegeschiedenis van de Franse Rivièra?

Lord Henry Brougham

Goed, Lord Henry Brougham dus. Een voormalige Britse minister van Financiën die er net niet in slaagde Prime Minister te worden. Derhalve dus niet onbemiddeld. Met zijn wat ziekelijke dochter Eleonore Louise via Zuid Frankrijk op weg naar Italië voor het aangename klimaat en de geëigende Grand Tour. Die voor elke Engelse jongeling van stand verplichte tocht om klassiek en cultureel doorvoed te geraken. Maar ja, domme pech. Cholera in Frankrijk en grens dicht. Niet bij Menton, maar bij de rivier de Var. Want toentertijd viel Nice nog onder het Koninkrijk Sardinië waartoe ook de regio Piemonte met als hoofdstad Turijn behoorde en waar de Hertog van Savoye de scepter zwaaide en de titel koning was geschonken door de Habsburgse keizer in Wenen. Hoezo verwarrend! Eén van de vele redenen waarom ik zo’n voorstander ben van de EU. Maar dat terzijde.

De Var ten westen van Nice vormde een natuurlijke grens met Frankrijk. Daar werd Brougham dus tegengehouden. Nee meneer, blijft u maar lekker aan uw kant, wij willen aan onze kant geen cholera. Dat werd dus omkeren. Maar waar nu te overnachten? Nice was ten slotte het volgende reisdoel geweest, daar bivakkeerde in de winter al vaker een handvol vermogende Engelsen. In het suffige vissersdorpje Cannes werd een eenvoudig onderkomen gevonden. De herberg van Monsieur Pinchinat. Veel meer dan dat had je in die streek in die tijd ook niet aan onderkomens. De rest is geschiedenis.

Brougham was binnen een paar dagen volstrekt verkikkerd op de streek, het eten, de ambiance, het weer en nog zowat van die zaken. Als man van een paar losse centen kocht hij binnen de kortste keren een stuk grond en twee jaar later, in 1836, hield hij een groot, duur en deftig feest voor de upper ten van politiek, adellijk en kapitalistisch Great Britain in zijn nieuwe, grootse villa op dat terrein. Globalisatie iets van deze tijd? Vergeet ’t maar, toen wisten ze er ook al van.

het bordes van de villa Eleonore van Lord Brougham in Cannes

In enkele tientallen jaren groeide het kleine dorpje Cannes uit tot een stad waar Europese rijken, de Russische adel inbegrepen, graag verkeerden. Zeker toen Brougham er zich tegenaan bemoeide om een betere haven te krijgen en in 1863 de spoorlijn vanaf Parijs naar de Franse Rivièra was doorgetrokken.

Maar nu nog Nice en Matisse. In 1860 verdween de Var als grens. De Piemonte tot voorbij Menton, het vroegere Comté de Nice, kwam bij Frankrijk. Nice werd ook booming. De beau monde van Europa kwam er flaneren. Over het van oorsprong smalle pad met de naam Promenade des Anglais waar de eerste Engelsen verpoosden die er al voor 1860 kwamen. Maar nu een steeds breder wordende boulevard waar de hotels zich aaneenregen. Queeen Victoria kwam er zelfs overwinteren in het imposante, tegen de heuvels gebouwde La Régina.

Promenade des Anglais in 1886
La Régina, waarvan Queen Victoria de helft in beslag nam als ze ter verpozing in Nice verkeerde

Nadat Paul Signac zich in 1892 als eerste kunstenaar vestigde in het vissersdorpje Saint Tropez kwamen daarna al gauw kunstenaarsvrienden op bezoek. Renoir kocht in 1903 in Cagnes-sur-Mer een villa en Matisse, daar is ie, logeerde in 1917 voor het eerst in Nice. Aan de Promenade des Anglais natuurlijk. Bonnard, Dufy, van Dongen, Picasso, Braque, Modigliani, Cocteau en Chagall volgden.

Raoul Dufy, Uitzicht op de Promenade des Anglais

Is ’t gek dat er daarom nu heel veel musea in Nice zijn? Zoals dat Mamac?

uitzicht op het Mamac met een beeld van Niki de Saint Phalle ervoor

Op die genoemde vrijdag 13 maart liep ik daar nieuwsgierig naar binnen om nog even de zalen met de eigen collectie te bezoeken. Zou er weer ander werk van Niki de Saint Phalle getoond worden uit de grote collectie eigen werk die ze ooit aan het museum schonk? Overigens, zou dat wel zijn gebeurd als Lord Brougham in 1834 ….? Maar ik zie de wenkbrauwen van levensgezel alweer omhoog gaan. Oh ja, Italië werd in 1835 toch getroffen door de cholera en levensgezel heeft wel een zus maar inderdaad geen broer. Tot volgende week.

TOOS 

Aix? Gewoon doen!


Aix-en-Provence
Aix-en-Provence

Ken je dat? Van die steden die je eigenlijk altijd al een keer wilde bezoeken, maar waaraan je toch steeds voorbij reed? Zo van “opzij, opzij, opzij, we hebben ongelooflijke haast”.Voor mij is ’t in ieder geval  geen onbekend verschijnsel. Elke keer als ik met de auto onderweg ben van Nederland naar mijn atelier in Nice, of juist omgekeerd, zijn er van die plaatsen. Aix-en -Provence bijvoorbeeld. Terwijl die stad toch zelfs bijna tegen de autoroute aangeplakt zit. En daarbij ook nog eens de woonplaats was van Paul Cézanne (1839-1906), geroemd als wegbereider voor de moderne kunst. Maar ja, van Aix naar Nice is nog maar een luizige 200 km. Gewoon doorrijden dus. En op de weg terug naar Nederland ben je eigenlijk net lekker op gang gekomen, dus waarom zou je er stoppen? Oké, voor de kunst dan, voor Cézanne en vanwege het grote toeristenbord langs de autoroute dat je opmerkzaam maakt op de Mont St.Victoire. De berg die je dan in de verte ziet liggen en die door Cézanne onsterfelijk is gemaakt via veel, heel veel schilderijen. Dus dit keer had ik me voor genomen “en nu ga ik”.

Aix 02 Aix 03

Cézanne, 3x de Mont St.Victoite
Cézanne, 3x de Mont St.Victoite

Dat werd een echte Provençaalse verrassing. Een grote middeleeuwse stadskern met die bijbehorende maar altijd weer charmante kronkelstraatjes geplaveid met lekker ongelijk liggende hobbelstenen. Maar ook met heel veel pleinen vol terrassen vol met oud en jong. Want Aix herbergt flink wat universitaire studenten . En rond die kern 18de en 19de eeuwse wijken met brede, boomrijke lanen, prachtige statige panden en heel veel fonteinen. Een lust om er, onder de mediterrane zon, rond te dwalen, een terrasje te pakken en de relaxte sfeer op te snuiven.

middeleeuwse centrum
middeleeuwse centrum

Ook een stad trouwens met onverwacht veel kunst. Natuurlijk veel aandacht voor Cézanne, daar wordt je mee doodgegooid. Met zijn atelier dat je nog steeds kunt bezoeken, met Cézanne-excursies en met die Mont St.Victoire.

atelier van Cézanne
atelier van Cézanne

Overigens, dat is nu. Want rond 1900 gaf de toenmalige directeur van het Musée Granet, het grote kunstmuseum van Aix, nog aan dat er wat hem betrof nooit een werk van Cézanne het museum in zou komen. Stel je voor, werk van zo’n prutser die nauwelijks nog iets verkocht ook! De goede man kon er natuurlijk geen idee van hebben dat ruim een eeuw later een “Mont St.Victoire” voor meer dan 100 miljoen dollar geveild zou worden. En dat Cézanne’s “Kaartspelers” in 2012 een slordige 250 miljoen opbracht. Lang was dus het Musée Granet “le musée sans Cézanne”. Gelukkig hebben allerlei bruiklenen daar nu verandering in gebracht. Maar er is ook heel veel andere interessante kunst te bewonderen in dat prachtig verbouwde museum. Heel verrassend.

Aix 07

2x het Musée Granet
2x het Musée Granet

Tot voor een paar jaar had je ’t dan met musea wel gehad in Aix. Dat veranderde toen Marseille verkozen werd tot Culturele Hoofdstad van Europa 2013. Aix-en-Provence pikte daarvan een behoorlijk grote zak met subsidiegraantjes mee. De hele regio rond Marseille mocht namelijk delen in de kunstvreugde. Hé, hadden ze niet nog ergens in de stad een leegstaande, grote middeleeuwse kapel die een nieuwe bestemming behoefde? En hadden ze niet ook een overeenkomst gesloten met de Fondation Jean et Suzanne Planque om de privéverzameling van Jean Planque een goed onderdak te geven? Een verzameling van meer dan 300 werken met daaronder Renoir, Monet, Van Gogh, Degas, Bonnard, Picasso, Braque, Léger en nog zo wat van dat soort namen. Nu is er dus sinds 2013 het Musée Granet XXe-Chapelle des Pénitents blancs.

Musée Granet XXe-Chapelle des Pénitents blancs
Musée Granet XXe-Chapelle des Pénitents blancs

Aix 10

Een verbazingwekkend mooie plek voor een verbazingwekkend mooie verzameling moderne kunst. Met heel weinig geld bijeengebracht door de Zwitser Planque die werkte voor de bekende galerie Beyeler in Bazel. Hij leerde daardoor heel veel kunstenaars kennen met wie hij ook nog eens  heel goed kon opschieten. Ook een manier om een kunstcollectie tot stand te brengen zonder met dollarflappen te hoeven zwaaien.

En om Aix helemaal op de kunstkaart te zetten is er nu ook het Caumont Centre d’Art. Zo’n groot 18de eeuwse Hotel de Ville zoals je er in Parijs vele hebt. Een paleisachtig herenhuis met prachtige tuin dat recent opende en waar alleen maar tijdelijke exposities worden georganiseerd. Want een eigen verzameling hebben ze daar niet.

heerlijk vertoeven in de tuin van Caumont Centre d'Art
heerlijk vertoeven in de tuin van Caumont Centre d’Art

Kom ik net van mijn eigen expositie in Venetië en wat hebben ze daar in dat Caumont? Een grote tentoonstelling met werken van Canaletto (1697-1768). En waar is die Canaletto beroemd mee geworden? Juist ja! Schilderijen van Venetië.

Canaletto, het San Marco plein
Canaletto, het San Marco plein

Ik kon dus prachtig controleren of hij dat goed had gedaan. Venetië is de laatste paar eeuwen ten slotte niet echt veel veranderd. De Dogenstad kon voor mij al niet stuk, maar nu helemaal niet meer. Trouwens, Aix eigenlijk ook niet. Echt de moeite waard. Tot volgende week.

TOOS