Tagarchief: Catherine Keyl

Kunstverkiezingsavonturen en een Verrassende Onsterfelijkheid


Je hebt er naast de Martelaren van Gorcum, een wat minder frisse geschiedenis uit de Tachtigjarige Oorlog, ook nog de Evenementenhal Gorinchem. En daar werd ik, net terug uit Nice en aanwezig als VIP-genodigde, afgelopen zaterdag even terug geteleporteerd naar een prettiger geschiedenis. Zich afspelend in het jaar onzes Heren 2003. Een kunsthappening in een nogal benepen en benauwd Amsterdams zaaltje. Gevuld met kunstliefhebbers en kunstenaars. Waaronder ik. Want daar vond de allereerste verkiezing van de Kunstenaar van het Jaar plaats. Wat die veel ruimere ambiance in Gorkum daarmee  te maken heeft? Nou, daar werd tijdens de Nationale Kunstdagen beurs een lustrum gevierd. Vanwege de al weer 20ste editie van die verkiezing van de Kunstenaar van het Jaar. Reden voor de organisatie om er een leuk feest tegenaan te gooien.

deel van de Nationale Kunstdagen beurs

Nu eerst terug naar 2003. Mijn herinneringen vertellen me dat ik me op de een of andere manier die allereerste verkiezing had ingerommeld. Vraag me echt niet meer hoe. Maar ’t leek me wel interessant. Met als gevolg dat ik zat onder de acht waaruit de jaarkunstenaar door de aanwezigen zou worden aangewezen. Via een stembiljet. Spannend? Niet echt! Want, zo bleek, de oude Corneille had zijn veilige Parijse atelier verlaten en liep pontificaal rond in dat zaaltje. Dus toen wist ik ’t wel. En ja hoor, Corneille werd ‘t! Mijn herinneringen zeggen me verder ook nog dat de verkiezingsvolgorde van de resterende zeven zelfs niet eens meer bekend is gemaakt.

’t Kwam allemaal wat rommelig over zodat ik in 2004 dacht ‘nu maar even niet’. Maar het jaar daarop leek het geheel gestroomlijnder te worden. Reden om te denken ‘ach, waarom niet’. Stond ik me daardoor ineens in een hal  in Rotterdam op het podium naast de bekende tv-presentator Catherine Keyl en organisator David Polak. Want ik was tweede geworden. Dankzij mijn achterban. Leuk toch? Voor hen en voor mij.

2005, helemaal links David Polak, dan ik, dan winnaar Jacques Tange en rechts Catherine Keyl

In de jaren daarna, toen een uitgebreid kunstpanel werd geïnstalleerd om elk jaar 90 genomineerden aan te wijzen, zat ik daar toch telkens weer bij. En kwam ik via de publieke internetstemronde en de liefhebbers van mijn werk ook elke keer bij de laatste 25. Met als gevolg dat ik eind 2015 opnieuw in de schijnwerpers stond naast, alweer, David Polak. In een evenementenhal in de buurt van Utrecht. Ik was namelijk Nederlands Briljanten Kunstenaar 2016 geworden. Want net vallend in de leeftijdscategorie 65+ en bij de uiteindelijke uitslag het eerst in aanmerking komende ‘oudje’ voor die speciale titel. Kreeg ik zomaar, te midden van de stands van de Nationale Kunstdagen, heel officieel het eerste exemplaar van het Jaarboek Kunstenaars 2016 uitgereikt door David.

2015, links ondergetekende met naast mij David Polak
logo Kunstweek

Zijn Stichting Kunstweek had zich in de jaren na 2003 namelijk voorspoedig ontwikkeld. Op eigen kracht, zonder enige overheidssubsidie. Hoe? Met bijvoorbeeld kunstbeurzen. Maar dan juist niet die met  kunstenaars vertegenwoordigende galerieën. Nee, juist regionale beurzen voor kunstenaars op zoek naar een nog ontbrekend podium. Met als jaarlijkse apotheose altijd die Nationale Kunstdagen beurs.

De standverhuur bracht natuurlijk geld binnen waardoor de stichting bijvoorbeeld ook kunstboeken kon gaan uitgeven. Zoals dus dat Jaarboek Kunstenaars. Waarin je trouwens als kunstenaar ook weer pagina’s kon kopen. En waarvan ik nu, daar in Gorkum, een stapeltje van de editie 2023 gratis mocht meenemen.  Omdat mij de eer te beurt was gevallen er, als ooit Briljanten Kunstenaar en ook nu weer genomineerde, helemaal gratis voor niks een pagina aangeboden te krijgen.

mijn pagina in het Jaarboek Kunstenaars 2023

Ook zag ik de nu meer op de achtergrond opererende David Polak weer eens. Net als zijn onmisbare rechterhand Els van Lent. Die dat voor mij als contact bij de Kunstweek ook nog steeds is.

2022, nou, die ken je nu wel
met Els van Lent, vanaf het begin onmisbaar bij de Kunstweek
zelfportret van Poen de Wijs

Maar nu nog die Verrassende Onsterfelijkheid uit de titel. Want met een groepje kunstliefhebbers hebben we maar mooi een overleden kunstenaar voorlopig behoorlijk onsterfelijk kunnen maken. Poen de Wijs! Hier schreef ik al eens over hem.

Op de verkiezingssite van de Kunstenaar van het Jaar vind je al weer wat jaartjes ook een kieslijst met 100 Onsterfelijken waarbij je ook nieuwe namen mag opwerpen. Voor bijvoorbeeld Rembrandt, Frans Hals en Van Gogh niet echt nodig natuurlijk. Die staan er al. Maar, zo vond ons groepje, er onbrak iemand die er absoluut op moest. Mijn goede en te vroeg overleden kunstvriend Poen de Wijs (1948-2014). Laat Poen nou vorig jaar al verdiend op plek 59 binnenkomen. Maar dit jaar?  Stiefelt ie voor mij volstrekt onverwacht door naar plek 3! Net achter Van Gogh en Rembrandt. Ik zat te stuiteren op mijn stoel toen ik dat zag. Wat zou ’t mooi zijn als mijn blogs over hem daaraan hebben bijgedragen.

screenshot van de website met de Galerie der Onsterfelijken, met rechts bovenaan op plek 3 Poen de Wijs

Hij had zelfs meer stemmen gekregen dan bijvoorbeeld Vermeer. Prachtig natuurlijk, maar ook wel wat voorbarig. Want beiden mogen dan in hun fabelachtige fijnschildertechniek vergelijkbaar zijn, Vermeer betekent in de kunstgeschiedenis natuurlijk wel iets meer.

olieverfschilderij van Poen de Wijs

Hoe dan ook, wij Poenadepten en ook Museum Musiom heel blij. Want het Musiom in Amersfoort bezit als enige museum in Nederland een mooie collectie van Poen. Tot volgende week.

TOOS

Daar is ie weer, de Verkiezing Kunstenaar van het Jaar


kvhj 1

We schrijven het jaar Anno Domini 2003. Het jaar waarin David Polak het initiatief neemt voor de verkiezing van Kunstenaar van het Jaar. Kunstenaars uit heel Nederland kunnen er zich voor aanmelden en via internet mag het publiek de duim naar boven of naar beneden houden. Op een of andere manier vernam ik hiervan. Hoe weet ik echt niet meer. Maar ik vond het een prima particulier initiatief omdat het helemaal buiten de geijkte kunstkanalen en instanties om ging. Daarom had ik ook zoiets van “ach, waarom doe ik niet mee”. En laat ik nou ook nog verkozen worden bij het selecte groepje waaruit in een zaal in Utrecht die eerste Kunstenaar van het Jaar zou worden verkozen door het daar aanwezige publiek. Een groep van een paar honderd mensen die, eigenlijk wel heel ouderwets,  schriftelijke stembriefjes kreeg.

Onder de aanwezige uitverkozenen was ook de oude Corneille. De beroemde Cobra-kunstenaar had bij zijn reis vanuit woonplaats Parijs naar Utrecht vast wel het idee in z’n achterhoofd dat hij hoge ogen zou gooien. En inderdaad, in een nogal rommelige verkiezingsseance werd hij de eerste Kunstenaar van het Jaar. Hoe de anderen, waaronder ik dus, eindigden? Dat bleef onbekend. Waarschijnlijk daarom ontbreekt het jaar 2003 in onderstaande erelijst. Mijn verkiezingslijst sindsdien, zoals die ergens is terug te vinden op http://kunstenaarvanhetjaar.nl/verkiezing/ .

Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2015, 22e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2014, 22e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2013, 21e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2012, 21e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2011, 18e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2009/2010, 17e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2008, 20e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2007, 21e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2006, 15e positie
Galerie van Hedendaagse Kunstenaars 2005, 2e positie

Niet onaardig toch? Waar 2004 is? Dat jaar ontbreekt omdat ik me toen niet inschreef vanwege dat wat rommelige karakter in 2003. Maar in 2005 had David Polak het hele proces zodanig gestroomlijnd dat een nieuwe poging me wel wat leek. Met succes! Want zeg nu zelf, tweede is natuurlijk geen eerste, maar toch beslist de moeite waard. Het schijnt uiteindelijk maar een verschil van een paar stemmen te zijn geweest.

2005: op het podium met presentatrice Catherine Keyl
2005: op het podium met presentatrice Catherine Keyl

Na dat jaar kwam David op de proppen met het kunstpanel van zo’n honderd kunstkenners uit allerlei kunstdisciplines in het land. Journalisten, verzamelaars, directeuren, leraren, expositiemakers, enz.  Die moesten in een 1ste ronde 90 kunstenaars gaan nomineren. Dat voorkwam dat jan en alleman zich als kunstenaar voor de verkiezing kon opgeven. Want die begon best al aardig populair te worden. Via een publieke 2de ronde moesten er van die 90 dan 20 overblijven. Met nog vijf wild cards erbij mocht het panel uit de 25 overblijvenden dan de laatste 8 aanwijzen voor de ronde waarin het publiek het laatste oordeel mocht geven. Dat panel is, tot nu toe, altijd heel aardig voor me geweest. Elk jaar zit ik toch mooi weer bij die eerste 90 genomineerden. En elk jaar verkiest het publiek me weer bij die laatste 25. Maar dan stokt ‘t. Onder de panelleden heb ik blijkbaar toch niet genoeg draagvlak om bij de laatste 8 gekomen. Op zich jammer. Toch ben ik met die positie rond de 20ste plek die ik van ze krijg ook heel tevreden. Hoeveel kunstenaars telt Nederland ten slotte wel niet?

Afwachten maar waar ik nu terecht ga komen. Want ook voor de nieuwe verkiezing die in juli is gestart zit ik toch weer mooi bij die 90. Klik op http://kunstenaarvanhetjaar.nl/verkiezing2015/ronde2/ en de hele stemlijst met genomineerden ontrolt zich. De stemprocedure spreekt verder voor zich.

de stemlijst met de 90 genomineerden voor de verkiezing van Kunstenaar van het Jaar 2016
de stemlijst met de 90 genomineerden voor de verkiezing van Kunstenaar van het Jaar 2016

Toch zou er naar mijn smaak nog iets in die hele procedure kunnen veranderen. Want theoretisch is het volgende mogelijk. Een bepaalde kunstenaar krijgt zoveel publieksstemmen dat hij of zij veruit bovenaan komt te staan in die 2de ronde. Maar als het panel die kunstenaar daarna niet bij de eerste acht verkiest, heb je aan al die stemmen dus helemaal niks, niente, nada. Is dat eigenlijk wel terecht?  Toch een vraag om over na te denken, lijkt me. Zou ’t niet eerlijker zijn als het aantal publieksstemmen, naast het oordeel van het panel, een bepaalde wegingsfactor mee krijgt bij het bepalen van die laatste acht? Er worden ten slotte toch tienduizenden stemmen uitgebracht! Bij veel van die populaire, wedstrijdachtige programma’s op tv is dat niet meer dan normaal. Een aantal jaren geleden heb ik dat al eens aan David Polak voorgesteld, maar dat idee zag hij niet zo zitten. Jammer! Want zou ’t de transparantie van de verkiezing niet duidelijk vergroten? En is transparantie de laatste jaren maatschappelijk gezien juist niet heel erg in trek ? Naast duurzaamheid trouwens. Maar dat is weer een heel ander verhaal. Tot volgende week.

TOOS