’10 Jaar en Meer’ 20 Jaar Later


natuurlijk een prima maniet van overleg over een nieuw kunstproject in Galerie Quadrige (Nice) met eigenaar jean-Paul Aureglia

Nice en mijn atelier daar. Altijd heerlijk om er te zijn. Côte d’Azur, zon, zee, ambiance, kunst, moet ik nog meer redenen noemen? Maar nu is er nog eentje extra. Namelijk het opzetten van een nieuw kunstboekproject met Jean-Paul Aureglia. De eigenaar van Galerie Quadrige en uitgeverij La Diane Française met wie ik al sinds 1994, als zijn enige Nederlandse kunstenaar, samenwerk.

de uitgave ‘Dix ans et plus’

Ter voorbereiding had ik ‘Dix ans et plus’ (Tien jaar en meer) weer eens ter hand genomen. Een uitgave die Jean-Paul maakte toen Quadrige in 2002 tien en La Diane Française 55 jaar bestond. Tien kunstenaars, waaronder ik, namen er aan deel met een kunstwerk in beperkte oplage. Ik met een zeefdruk.

Zo ontdekte ik in ‘Dix ans et plus’ opnieuw het artikel dat de Franse kunstrecensent  Gerard Rücker destijds over mij had geschreven.  ‘Da’s leuk voor mijn blog’ schoot door me heen. Bij deze dus, wel vertaald natuurlijk. Met enkele schilderijen van mij, ter illustratie van die tekst. Bereid je wel voor op de soms wat gezwollen kunsttaal. Frans, hè! En let ook op de zwart-wit foto aan het eind.

mijn zeefdruk voor ‘Dix ans et plus’

“Nederland is al eeuwenlang een land met een ontwikkelde kunstsector, meer in het bijzonder voor de schilderkunst. Honderden beroemde schilders werden er geboren en werkten er, velen van hen werden ware meesters en een genie in hun vak. Vanuit die achtergrond is het maar één stap naar de gedachte dat Toos van Holstein, geboren in 1949 in Eindhoven, van die voorouders haar passie voor het schilderen heeft geërfd.

Van alle kunstenaars die Qvadrige trouw zijn, is Toos van Holstein verreweg de meest bereisde. Om hiervan overtuigd te raken, hoef je alleen maar naar haar schilderijen te kijken: ze nodigen je uit om er even helemaal tussenuit te zijn, te dromen en te reizen. Ook als eigen reiservaring ontbreekt, voel je dit regelmatig terugkerende thema wel aan. Het doet je taferelen ontdekken, bekende stadslandschappen, ook al ben je mischien nog nooit in die landen geweest.

Toos van Holstein, Twogether
Toos van Holstein, Evening blues

Als tiener droomde Toos van Holstein er al van de wereld rond te reizen en het verhaal van haar grote reizen te schilderen. Na een gedegen artistieke opleiding aan de academie in Tilburg was Toos een aantal jaren leraar beeldende kunst. Daardoor kon ze slechts af en toe exposeren, maar wel veel reizen.Vanaf 1990 wijdt ze zich echter volledig aan haar kunst, die ze beoefent in alle disciplines: tekenen, aquarel, olieverf, lithografie of beeldhouwkunst. Haar successen, in het buitenland of in eigen land, mogen er zijn.

Toos van Holstein, Fiësta (steendruk)
Toos van Holstein, Dandelion (brons)

Toos van Holstein heeft een aantal landen bezocht. Egypte, Jordanië, Jemen, Tunesië, Syrië, Marokko, allemaal vanuit haar verlangen de oude cultuur van het Midden Oosten te leren kennen. Maar ze kent ook China, Sri Lanka, Mexico, Guatemala, Honduras en Noord-Amerika. Uit haar notitieboekjes en schetsen, uit haar verwondering, haar emoties, haar herinneringen, ontmoetingen met mensen uit steden en dorpen, ontstond zo een intiem en origineel oeuvre, van onmiskenbare schoonheid en esthetische kwaliteit.

Bij haar schilderijen  treedt de toeschouwer samen met de kunstenaar binnen in een veelzijdig universum waarin de sereniteit van het decor harmonisch samensmelt, in een omgeving ontdaan van vals exotisme, met mysterieuze rust, in een onwerkelijke transparantie doordrenkt met kalme, bewust gestuurde traagheid, waarin het leven stroomt met de verzamelde wijsheid van verhalenvertellers en dichters van alle culturen.

Hier lijkt de tijd te hebben stilgestaan ​​om plaats te maken voor gemoedsrust. De schilder verbeeldt het dagelijks leven met haar eigen suggestieve vleugje magie: “Grijp het geluk om van een bevoorrecht moment te kunnen genieten.”

Toos van Holstein, Introspection
Toos van Holstein, Wunjo

Toos schildert koepels, torens, monumentale halfopen deuren naar lange stille gangen, steegjes, patio’s in de medeplichtige schaduw verfrist door waterstralen van een fontein, door de zon verschroeide pleinen, delen van gebarsten muren, verweerd door tijd en geschiedenis . Haar schilderijen zijn decors waarin zachte en elegante silhouetten verglijden, soms gedrapeerd met lange gewaden, menselijke vormen zodanig discreet geplaatst alsof ze zich vrijwillig hebben laten schetsen.

Het gebruik van de glaceertechniek stelt de kunstenaar in staat om opeenvolgende verflagen met elkaar te verbinden en zo opvallende effecten van diepte in het materiaal te veroorzaken. De doeken lijken zelfs geërodeerd te zijn ten einde de indruk te wekken van afbrokkeling, veroorzaakt door het trage werk van de elementen, van zandstormen, regen, zon…

Toos van Holstein, Fontezuela
Toos van Holstein, City afternoon
Toos van Holstein, Il giardino

De werken van Toos van Holstein zijn geopende deuren naar een verbeelding die ze de onze laat zijn door het doen ontwaken van ons collectieve geheugen. Ze spreken tot het hart, tot de zintuigen en hebben het vermogen onze emotie op te wekken.

Tussen figuratie en zogenaamde informele kunst, kunst zonder vorm, wordt ons tijdloosheid aangeboden met de geheimen van een mooie droom die leidt naar een andere realiteit. Het is hier dat de combinatie van het grote talent van de kunstenaar, haar menselijke uitstraling en haar liefde voor het leven die ze zo bewonderenswaardig weet te delen, wordt bevestigd.”

Toen ik dit alles destijds voor de eerste keer las, moest ik er behoorlijk van blozen!

links Jean-Paul, zittend Pierre Cottalorda en erachter op de muur…. dat komt nog

En nu bovenstaande foto uit ‘Dix ans et plus’? Staand Jean-Paul, zittend zijn overleden compagnon Pierre Cottalorda en op de achtergrond een intrigerend schilderij. Wat dat werk met New York en Venetië heeft te maken? Binnenkort in dit theater. Tot volgende week.

TOOS

Eet ik zomaar uit mijn eigen bord en  nog veel meer keramische gevolgen


Uit je eigen bord eten bij een ander. Zonder dat eigen bord mee te hoeven nemen.  Beetje vreemd? Nee hoor, helemaal niet. Want een poos geleden schreef ik hier over een opdracht die ik had gekregen. Een aantal borden naar mijn eigen ontwerp laten maken in Gubbio (Umbrië) en ze daar ook beschilderen in het atelier van Rampini Ceramiche. Borden bedoeld om én de smaakpapillen én de kegeltjes in het netvlies van onze ogen te behagen.

Zulke borden wijd je natuurlijk niet in met wierook en wijwaterkwast. Nee, daar moet een exquise maaltijd aan te pas komen. Dus toen de opdrachtgevers, aan mij als maker en levensgezel als grote ondersteuner, vroegen deel te nemen aan dat inwijdingsproces was het antwoord duidelijk. Ja, graag! Want culinaire kwaliteiten kunnen onze gastheer beslist niet ontzegd worden. En daarbij hadden zijn levensgezellin en hij ook net een volledig nieuwe, van alle kookgemakken voorziene keuken  laten installeren.

in verband met de privacy heb ik onze gastvrouw en heer maar onthoofd

We zijn zeer tevreden huiswaarts gegaan. Want al ben ik natuurlijk niet onbevooroordeeld, ’t at heel lekker van ‘mijn eigen’ kleurrijke borden. In de loop van dit jaar ga ik trouwens weer richting Gubbio (waarover straks meer) en nieuwe borden kunnen altijd weer gedraaid worden door Daniele, de pottenbakker daar. Voor de goeie verstaander,  ’t is maar een hint!

Voor een andere liefhebber van mijn werk hoef ik overigens geen eetbord meer te laten maken. Hij geniet al jaren mijn schilderij ‘Yatchilan’ (hieronder). Toen hij zag dat ik dat onderwerp afgelopen herfst ook had gebruikt op één van mijn in Gubbio beschilderde borden waren hij en dat bord gelijk verkocht. Dat móést hij hebben. Nu zit hij ’s avonds bij het eten dubbel te genieten. Van zijn bord en van zijn schilderij.

het schilderij en het bord ‘Yatchilan’

Zo merk ik dat die nieuwe keramiektak bij mijn kunstactiviteiten veel positieve reacties oplevert. Tijdens het openingsweekeinde van de Kunstroute Middelburg op 5/6 februari vertrok er opnieuw een enthousiasteling met een bord. Maar niet na mij eerst met bord vereeuwigd te hebben. Heerlijk, dat soort veren in mijn achterwerk.

Binnenkort gaat mijn keramiek voor het eerst ook het galeriecircuit in. Noor van de Ven, galerie-eigenaar van Galerie Persoon in Eersel, wil er wel een paar showen op haar zogenaamde ‘Great Wall of Small’  waarop ook al een enkele werken uit mijn ‘The 70-Series’ pronken. Binnenkort dus misschien wel met ‘Jerubylon’ en ‘Città’. Want natuurlijk geef ik al mijn keramiekcreaties ook een titel.

links ‘Jerubylon’, rechts ‘Città’

Maar ’t draait echt niet alleen om borden. Van de vazen die ik maakte, staat er nu ook al een in Nijmegen. En over een poos gaan er nieuwe bijkomen. Want Giampietro Rampini en ik hebben het plan opgevat om een serie grotere vazen/kruiken te gaan maken. Een idee dat niet zomaar uit de lucht is komen vallen. Maar dat wordt nog wel een ander verhaal. Daardoor ben ik nu af en toe bezig in een schetsboekje om ontwerpen te maken. Want dat is de bedoeling. Ik maak een ontwerp, Daniele van hierboven gaat aan het draaien en in Giampietro’s atelier ga ik ze daarna beschilderen. Dus als ik weer eens een ideetje heb, ga ik er even voor zitten met dat schetsboek op schoot. Wat ’t uiteindelijk gaat worden? Langzamerhand beginnen die ideeën vorm te krijgen.

Wat ik al wel zeker weet is dat ik over een aantal maanden weer in Gubbio zit. Ik kijk er nu al naar uit.

vorig jaar in het atelier van Giampietro

Tot volgende week.

TOOS

Ontboezemingen bij een dijk van een tentoonstelling over een Dijk van een Wijf: Paula Rego in Kunstmuseum Den Haag


te lang geleden dat ik zo in het Kunstmuseum Den Haag kon zitten

’t Mocht weer van onze regeerders dus ben ik gelijk maar begonnen met afvinken in mijn museumexpositiesverlanglijst. Hoe zou dat laatste woord vallen bij medespelers als je aan het scrabbelen bent? Maar dat terzijde.

Alweer wat jaartjes geleden kwam ik ergens op internet een mij onbekende kunstenaar tegen. Paula Rego. Ontzettend verkeerd van mij, zo zag ik al snel. Want die Paula Rego (1935), Portugees van geboorte ,wonend in Engeland en blijkbaar al wel befaamd in diverse buitenlanden, maakte sterk intrigerende schilderijen.

Paula Rego in haar atelier

En dat vind ik nu hééélemaal, na een bezoek aan het Kunstmuseum Den Haag! Kijk maar eens  naar een schilderij uit het begin van haar kunstcarrière en een veel later gecreëerd doek. Dat noem je ‘een ontwikkeling doormaken’.

Paula Rego, Salazar braakt het vasderland uit (1960)

Destijds legde ik gelijk al een map over haar aan op de harde schijf. Dus toen Kunstmuseum Den Haag begin vorig jaar aankondigde eind november een grote expositie over haar te openen, voelde dat direct als ‘bingo!’. Maar eind vorig jaar? Oei, oei! Dus liep ik er pas heel recent rond. Een paar dagen nadat de musea weer eens opnieuw waren ‘vrijgegeven’ door Rutte en zijn nieuwe secondant Kuipers. In de eerste expositiezaal was ’t gelijk alweer ‘bingo!’.

Zeenimf (1978)

Daar zat in een vitrine een pop. Maar voor mij niet zomaar een pop. Nee, een wat grimmige engel, met vleugeltjes. Met als inspiratiebron de Divina Commedia van Dante en gravures die Gustave Doré er in de 19e eeuw bij maakte. Trouwe bloglezers begrijpen waarschijnlijk direct mijn ‘bingo’. En de niet trouwe? Kijk hier maar.

Uitgelegd werd dat haar vader aan Paula als kind regelmatig uit die Divina Commedia voorlas. Dus Paula’s inspiratie, de mijne deed ik op latere leeftijd op, werd haar met de spreekwoordelijke paplepel ingegoten.

Zo kreeg ik wat zalen verder opnieuw een bingo-gevoel .  Want op de academie wijdde ik al een scriptie aan Francisco Goya (1746-1828), gegrepen als ik werd door de dramatiek, de donkere krochten van de ziel en ook de surrealistische humor in zijn schilderijen en etsen. Laat nu Paula Rego zich ook door hem hebben laten beïnvloeden bij haar serie etsen “Kinderrijmpjes’.

Three blind mice II, ets en aquatint op papier

Ik moest gelijk denken aan Goya’s beroemde serie ‘Los caprichos’. Waarvan ik ooit een na zijn dood, maar met de oorspronkelijke etsplaat, vervaardigd exemplaar op de kop kon tikken. Maar ik ging helemaal plat voor Paula bij haar ‘operaschilderijen’.

Aida (1983)

Zij werd, alweer door haar vader, als kind al meegenomen naar de opera. Bij mij kwam die kunstvorm ook op m’n pad, zij ’t opnieuw op latere leeftijd. En nu wil ik niet meer zonder. Zeker niet zonder Giuseppe Verdi . En wat doet Paula Rego? Die speelt in haar atelier tijdens het schilderen regelmatig zijn opera’s af. Vooral Aida, Rigoletto en La Traviata. Waarvan ik, sinds levensgezel in mijn leven kwam, uitvoeringen heb gezien in achtereenvolgens de arena van Verona, de Stopera in Amsterdam en Teatro la Fenice in Venetië.

in een van de zalen

Als kunstenaar maar ook als vrouw kan Rego voor mij dus absoluut niet meer stuk. Geboren onder de dictatuur van het Portugese Salazar regime, opgevoed in een sterk antidictatuur gerichte familie, naar Londen gestuurd om zich daar aan de academie- met o.a. les van de beroemde Lucian Freud- beter te kunnen ontwikkelen, is ze altijd sterk aan Portugal gebonden gebleven. In 2007 werden zelfs posters met pastelschilderijen van haar gebruikt in een campagne voor het legaliseren van abortus. In het streng katholieke Portugal gebeurde een wonder: die strijd werd gewonnen. Mee dankzij onderstaande schilderijen van vrouwen na een illegale abortus. Hebben die woorden nodig? Nee!

detail uit een van die schilderijen (1998)

Één zaal is volledig gewijd aan de serie ‘Bezetenheid I-VII’. Pastels die Rego maakte naar aanleiding van foto’s die eind 19e eeuw waren gemaakt van zogenaamd hysterische vrouwen.  Geheel passend in het destijds geldende Victoriaanse beeld van de ‘mentaal zwakke’ vrouw.

uit de serie Bezetenheid (2004)

Eigenlijk geen wonder dat ze dit schilderde. Want ze heeft er nooit een geheim van gemaakt dat ze leed aan zware depressies  en daarvoor langdurig is behandeld met de Jungiaanse therapie. Ik vermoed zomaar dat het daarbij graven in haar ziel ook flink wat inspiratie heeft opgeleverd voor haar oeuvre. Want in haar intrigerende schilderijen vertelt ze altijd ingewikkelde verhalen. Maar welk verhaal? Je krijgt elementen aangereikt waarmee je echt zelf je eigen versie moet maken. Probeer dat maar eens bij de volgende voorbeelden.

De vogelverschrikker en het varken (2005)
De schuur (1994)
De kunstenaar in haar atelier (1993)
De verloving (1999
De kussenman (2004)
detail

Een topper is echt ‘De Dans'(1988). Gemaakt na het overlijden van haar Engelse echtgenoot.

De dans (1988).

Rechts danst ze met hem, maar kijken ze elkaar niet aan. Links daarvan danst Paula ook, maar dan met haar moeder en grootmoeder. Dan weer de echtgenoot, maar nu met een blonde minnares en een heel speciale blik. En ten slotte Paula in haar eentje, meer dan levensgroot. Met boven alles uittorenend  een massief, donker gevangenisfort dat tijdens de dictatuur van Salazar ook als martelplek werd gebruikt. Maak maar weer je eigen verhaal. Of beter, ga zelf kijken bij deze machtige tentoonstelling (tot 20 maart) want ik heb heel veel niet verteld. Op NPO Start staat trouwens nog een prachtige documentaire over haar met deze link.

https://www.npostart.nl/close-up/11-12-2021/AT_300003466

En hier nog een paar toegiften.

Eiland van de lichtjes van Pinokkio (1996)

Tot volgende week.

TOOS

Laat je verleiden door de Sirenen van het Musiom en mijn Museale Tweeslag


museum ‘MUSiOM-huis voor hedendaagse kunst’ in Amersfoort

Voor alles in het leven is er een eerste keer. Zoals bijvoorbeeld voor een museale tweeslag. Nou, en die maak ik dus nu voor het eerst van mijn leven mee.

Het grootste deel van mijn tentoonstellingsleven speelt zich weliswaar af in de galerie en kunstbeurzenwereld maar soms zit er een museumexpositie tussendoor. De allereerste keer was lang geleden in het Musée Municipal van Saint-Paul-de-Vence aan de Côte d’Azur. Daarna volgden nog diverse andere. Onder andere mijn expositie TOOS in Fort Rammekens via het Zeeuws maritiem muZEEum in Vlissingen en een lithotentoonstelling in het Nederlands Steendrukmuseum in Valkenswaard . En nu hang ik tot 29 mei zelfs dubbel geëxposeerd in ‘Musiom-huis voor hedendaagse kunst’ in Amersfoort. In de Musiom galerie met een solotentoonstelling en met enkele andere schilderijen in de thematentoonstelling ‘Lage landen en de zee’. Daarover straks meer.

advertentie in de KunstKrant over de thematentoonstelling ‘Lage landen en de zee’ en mijn expositie in de MUSiOM galerie
advertentie’Lage landen en de zee’ met rechts onderaan een werk van mij, 10 april is trouwens verlengd tot 29 mei

Eerst dat Musiom (https://musiom.art/), gelegen direct tegen de oude stadskern aan. Bezoek je regelmatig galerieën en musea, dan kun je dat Musiom bijna niet missen. Als je ten minste een exemplaar van de ‘KunstKrant-Informatiekrant voor beelden kunst’ meeneemt. Altijd in stapels vrij beschikbaar en een van de meest informatieve kunsttijdschriften in Nederland. Met daarin nu naast een verhaal over ‘Lage landen en de zee’ ook de hier getoonde advertenties.

Het nog relatief jonge museum timmert dus behoorlijk dynamisch aan de kunstweg. Ik vind zelfs dat ’t een vermelding in het Guinness Book of World Records verdient. Ga maar na. Pas begonnen ergens in 2018 voldeed het begin 2020 al aan de regels van de officiële Museumnorm. Volgens mij een nog nooit vertoond bureacratierecord in museaal Nederland. Met onder andere als prettige bijkomstigheid dat het Musiom daardoor een financiële bijdrage ontvangt voor elke bezoeker die met de bekende Museumkaart gratis toegang heeft. Dat het bestuur van de Stichting Musiom dit in maar twee jaar tijd voor elkaar heeft gekregen, mag een ware prestatie heten!

Maar Herold Boertjens, voorzitter van de stichting, zet zich daar dan ook volledig voor in. Net zoals sinds enige tijd nu ook Frank van Oortmersen. De man die ik goed ken uit zijn jaren als directeur van het Nederlands Steendrukmuseum in Valkenswaard. Ja, inderdaad, het museum dat ik hierboven al noemde. De man ook die dat museum toen met heel veel energie stevig heeft weten neer te zetten op de Nederlandse museumlandkaart.

beeldenbinnenplaats van het MUSiOM waar binnenkort ook een café-achtige serre komt

En nu bemoeien onder anderen die twee zich er stevig tegenaan om de generatie kunstenaars, geboren in de periode 1950-60 plus of min een beetje, een verdiende statuur te geven in de museale wereld. Die generatie is namelijk volstrekt onterecht door diverse oorzaken behoorlijk tussen de museumwallen en schepen gevallen. Maar dat is een ander verhaal.

screenshot van de MUSiOM-galerie pagina (klik hier maar)

Sinds kort heeft het Musiom geheel volgens planning ook een verkooppgalerie binnen de muren. De ‘MUSiOM galerie’ (klik hier maar)Maar wel een tikkie anders dan anders. Want bij verkoop van een kunstwerk wordt natuurlijk de kunstenaar er zeker niet slechter van, maar gaat ook een percentage van de verkoopprijs naar de niet winst beogende Stichting Musiom. Met andere woorden, dat geld wordt weer in het museum zelf gestopt. Om de faciliteiten voor de bezoekers steeds verder te veraangenamen. Ik hoop echt dat ik daaraan wat euro’s kan bijdragen met mijn expositie. Allemaal naar het Musiom dus!!

met voorzitter Herold Boertjens in gesprek bij mijn expositie
deel van die expositie

Dan kun je daar ook die expositie ‘Lage Landen en de zee’ bekijken. Een thema waardoor een aantal kunstenaars met hun geboortejaar ergens rond en in die 1950-60 zich vaak verrassend  heeft laten inspireren. Met daarbij ondergetekende uit 1949. In de grote zaal hangen van mij twee schilderijen, ‘Afternoon pleasure’ en ‘Rolling over’.

links ‘Afternoon pleasure’, rechts ‘Rolling over’
deel van de expositie
speurtochtblad voor kinderen, met daarin ook een schilderij-onderdeel van mij, speur maar!

Op de 1e etage, waar zich ook de MUSiOM galerie met mijn solo bevindt, kom je dan nog ‘Sirène’ tegen. Geïnspireerd op een bekend avontuur van Odysseus. Die heeft zich, terwijl de oren van zijn bemanningsleden zijn dicht gestopt, aan de scheepsmast laten vastbinden om toch het oververleidelijke gezang van de Sirenen aan te kunnen horen.

Siréne, onderdeel van ‘Lage landen en de zee’

Als nu veel lezers van dit blog zich ook laten verleiden om het Musiom te bezoeken, maakt me dat helemaal blij. Tot volgende week.

TOOS