Categorie archief: LnkedIn

De Muzen? Onmisbaar!


Negen heb je er, negen muzen in de Griekse mythologie. Negen onsterfelijke godinnen als inspiratiebronnen voor de kunsten en de wetenschap. En ook nog eens allemaal dochters van Zeus. Want die kon er wel wat van bij het zorgen voor een rijkelijk nageslacht. 

de negen Muzen op een Romeinse sarcofaag

Hoe ik daar zo op kom? Door het bladeren in mijn agenda van afgelopen maart. Waardoor ik me ineens realiseerde dat ik best heel behoorlijk had genoten van door diverse muzen geïnspireerde culturele voortbrengselen. “Waarom dat niet eens op een rijtje gezet” was toen mijn inspiratieve gedachte. Daar gaat ie.

Middelburgse Kunst & Cultuurroute

Altijd op de 1e zondag van de maand en daarmee ook altijd een mooie kunstzinnige maand-start. Met dit keer een extra cachet omdat er iemand binnenkwam die ik allang kende maar nog nooit in levende lijve had ontmoet. Koen Schijvens, een collega-blogger en culturele duizendpoot.Wonend in Mozambique, maar ook regelmatig verkerend in Nederland. Zoals die 1e zondag. Echt een heel bijzondere verrassing. En laat hij nou ook nog mijn atelierdeuren uitgaan met een paar van mijn kunstobjecten!

Koen fotografeert zijn nieuwe kunstaanwinsten terwijl levensgezel dat weer fotografeert

Van dat soort verrassingen wordt ik altijd heel blij. En Koen (want hij leest dit, dat weet ik), volgende keer wat langer. Want we hebben, zo bleek, heel veel raakvlakken.

‘Ja, Leuk’ van Pieter Derks in Rotterdam

de zaal van Oud Luxor in Rotterdam vlak voor de voorstelling van Pieter Derks

Levensgezel en ik bezoeken met een paar vaste vrienden regelmatig cabaretvoorstellingen. Zoals de nieuwe voorstelling ‘ Ja, Leuk’ van Pieter Derks. Net in première gegaan in Rotterdam, in Oud Luxor. Nou, wie kent hem zo langzamerhand niet. Van zijn radiocolumn, van de televisie en van zijn theatervoorstellingen. De man die onze maatschappij en de politiek niet alleen humoristisch maar ook vlijmscherp fileert. De man ook die, zo werd eind maart bekend, de komende Oudejaarsconference gaat doen. Reken maar dat ik dan paraat zit. En ‘Ja, Leuk’? Doen! Leuk en nog veel meer.

‘Frans Hals’ blockbusterend in Rijksmuseum Amsterdam

bij het Rijksmuseum in Amsterdam

Natuurlijk een moetje. Die megatentoonstelling over ‘onze’ grote Gouden Eeuwse schilder. En dat moetje bleek ook het moetje waard. Een geweldig overzicht van zijn schilderijen en zijn fabuleuze schilderstechniek. Naast genieten werd me al heel snel duidelijk ‘dit wordt een verhaal’. Binnenkort dus in dit (blog)theater.

‘Dune 2’ in Den Haag

’t Zal rond 1970 zijn geweest dat ik het eerste deel van Frank Herbert’s ‘Dune’ sage verslond. Dat machtige sf-verhaal over de bizarre planeet Arrakis oftewel Dune. Het boek riep subiet allerlei beelden bij me op, ik zag die woestijnplaneet helemaal voor me. En frappant,levensgezel die toen nog geen levensgezel was, had dezelfde ervaring gehad. Liggend lezend op een Grieks strand vlak bij een oude tempel. Logisch dus dat we naar de net uitgebrachte film ‘Dune 2’ moesten.

scene uit Dune 2

Wat er bij ‘Dune 1’ een paar jaar geleden jammer genoeg niet van was gekomen.  Maar die zagen we gelukkig als voorafje recent nog op tv. Nu ging echter onze gezamenlijke wens in vervulling: de filmische verbeelding van Dune zien op het grote filmdoek. Overdonderend.

‘Universum Max Beckmann’ in Kunstmuseum Den Haag bij een speciale avondopening

Lid zijn van de Vereniging Rembrandt levert niet alleen de Rembrandtkaart op (een pendant van de Museumkaart), maar ook aangename extraatjes. Zoals een aparte avondopenstelling in het Kunstmuseum Den Haag. Voor de grote overzichtstentoonstelling daar van de door Hitler als entartete kunstenaar bestempelde Max Beckmann (1884-1950). Die mee hierdoor in de jaren van de Tweede Wereldoorlog noodgedwongen in Amsterdam verbleef.

groot 3-luik van Max Beckmann, geschilderd op zijn Amsterdamse zolder

Een donkere, benauwende maar ook indrukwekkende wereld, dat universum van hem. Wie weet ook nog eens een ander verhaal.

Brussel, voor de Surrealisten en Verdi

Ik ben gek op Italiaanse opera’s. Puccini, Donizetti, Rossini, maar vooral Verdi, veel Verdi. De laatste kregen we rijkelijk voorgeschoteld in het prachtige 19e eeuwse operatheater De Munt in Brussel.

Nationale Opera De Munt/ La Monnaie in Brussel
de zaal in De Munt

Met de twee volstrekt unieke voorstellingen ‘Rivoluzione e Nostalgia’ op twee achtereenvolgende dagen. Waarover ik nu lekker niks zeg. Dat wordt een ander verhaal. Een surrealistische bijkomstigheid was dat 100 jaar geleden, in 1924, in Parijs het Surrealisme werd geboren. Zowel in schrift als in beeld. Met daarom nu in het Brusselse Bozar een uitgebreide expositie daarover. Dat kon ik gelijk mooi meepikken. Ook binnenkort in dit blogtheater.

‘Histoire de ne pas rire’, de expositie over het Surrealisme in België in het Bozar in Brussel

KunstRAI in Amsterdam

op de KunstRAI

Als toetje bij deze rijkelijke culturele maart-maaltijd was er dan nog de KunstRAI. Eén van de grootste Nederlandse kunstbeurzen. Waar je je helemaal kunt laten overvoeren met beeldende kunst in allerlei maten en soorten. Altijd interessant om te kunnen aanschouwen wat er zoal in de kunstwereld leeft. Want alleen maar schilderen in mijn eigen Middelburgse schildershok, nee zeg, ik wil ook de wereld in. Nou, dat is dan in maart niet onaardig gelukt.

Oh ja, tussendoor nog regelmatig liefhebbers van mijn werk blij maken hoort er natuurlijk ook bij. Zie bijvoorbeeld onderstaande foto van een paar weken geleden. Waar een lege muur smachtend wachtte op mijn ‘Twogether’.

Toos van Holstein, Twogether (olieverf 100 cm-120 cm)

Tot volgende week.

TOOS

Is mijn inspiratie nu echt verknipt?


links ‘Origin II’ in de etalage van galerie Quadrige

Het grote schilderij dat tijdens mijn afgelopen expositie bij galerie Quadrige in Nice in de etalage hing, hing daar dan wel, maar moest toch ook echt wel terug naar Nederland. Zo had ik dat geregeld met galerie-eigenaar Jean-Paul Aureglia. Net zoals voor een ander werk binnen.

druk in gesprek met schrijver/dichter Raphaël Monticelli onder mijn ‘Origin I’

Waarom ik ze dan vers van de Middelburgse ezel toch richting Nice had meegenomen? Omdat ze een rol spelen in het kunstboek, het livre d’art ‘L’Art au Carré-Toos van Holstein’, dat bij de expositie verscheen. Namelijk in één van de artikelen erin. Een artikel ondertekend met ‘Dr.H.T.Witteveen, collectioneur d’art’. Bij trouwe lezers van dit blog beter bekend als ‘levensgezel’.

Want Jean-Paul wilde in dat L’Art au Carré ook graag een bijdrage van een Nederlandse kunstkenner. Toen levensgezel zichzelf voorstelde, was Jean-Paul’s reactie direct een enthousiast ‘ja’. Wetend dat levensgezel, als mijn mano di tutti, ook best wel taalvaardig is. Geregeld dus!

Dat stukkie van hem, ‘Toos van Holstein, artiste peintre pur sang‘, gaat onder andere over mijn drijfveren als kunstenaar. Daar weet ie na al die jaren best ’t nodige van. Maar hij kon het niet laten ook nog wat te psychologiseren over de bronnen van mijn inspiratie. Die waaruit mijn verbeeldingswereld zou zijn ontstaan. En daar komen die schilderijen ‘Origin I’ en ‘Origin II’ op de proppen. Omdat één van die inspiratiebronnen er zelfs letterlijk in is verwerkt. Hoe dat zit? Eerst een paar citaten uit dat artikel.

Toos van Holstein, ‘Origin I’ (90-160 cm)

“Maar wat hield die monde interieur van Toos van Holstein dan wel in en waar lag de oorsprong ervan? Daarvoor moeten we terug naar de kleine Toos van drie jaar oud, naar een ongelukje thuis dat haar maandenlang  overdag gekluisterd hield aan het divanbed in de ‘mooie’ kamer van hun eenvoudige huis. Een poging om, staand op een wankele stoel, hoog uit de keukenkast een potje honing te pakken, mislukte. Zowel het potje als Toos vielen, waarbij zij met een dijbeen bovenop het in glassplinters uiteengespatte potje viel. Het helingsproces nam maanden in beslag, maar nog erger, Toos mocht ook absoluut niet lopen. “Vandaar dat pappa mij ’s morgens uit mijn bed op zolder tilde en me naar dat divanbed beneden bracht om ’s avonds het omgekeerde te doen”.

Wat doet een kind met een grote fantasie in zo’n situatie? Leven in haar fantasie, leven in een steeds meer uitdijende imaginaire wereld met als vertrekpunt haar directe omgeving. Toos vermoedt dat daardoor haar fascinatie voor poorten is ontstaan. “Dat architectonische archetype, dat je in alle culturen terugvindt, komt regelmatig in mijn schilderijen voor. En ik denk dat ik de oorzaak daarvan wel ken. Vanuit mijn ligplaats van overdag keek ik namelijk recht vooruit naar een in de muur gemetselde boog met een gordijn er voor. Een geheimzinnige boog waar niet alleen de kostbare sigaren van mijn vader lagen, maar zich ook een doosje bevond met daarin bidprentjes. Die haalde pappa op zondag vaak te voorschijn en dan vertelde hij spannende verhalen bij de erop afgebeelde heiligen”.

Voorbij dat gordijn en achter die boog begon Toos zich allerlei fantasiewerelden voor te stellen. “Die boog werd een poort die de realiteit om me heen scheidde van mijn fantasie.”……………..

Toos van Holstein, ‘Origin II’ (90-160 cm)

Maar er is nog iets dat voor Toos, naar eigen zeggen, bij die gedwongen bedlegerigheid op jonge leeftijd een belangrijke rol is gaan spelen in de latere ontwikkeling van haar beeldtaal. “Naast mijn divan hing een wanddoek met daarop een oriëntalistische afbeelding. Met mensen in lange, ruimvallende kleren die zich bevonden in een totaal andere wereld dan de mij bekende. Een wereld die daardoor heel geheimzinnig was, een wereld waarin ik helemaal kon wegdromen”. Hiermee is de link naar de latere wereld in haar kunst, naar haar monde interieur, natuurlijk snel gelegd. Want wordt die door de vele liefhebbers van haar werk niet ook vaak als mysterieus en soms mystiek ervaren? En ontegenzeggelijk is in haar oeuvre van de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw een oriëntalistische invloed te onderkennen.”

het verknipte en bewerkte deel van het wanddoek in ‘Origin I’

Dus wat heb ik nou gedaan? Dat wanddoek letterlijk verwerken in die paar schilderijen! Hoezo verknipt bezig als kunstenaar!

Jarenlang was dat wanddoek verdwenen. Tot we het keurig opgevouwen in een kast terugvonden na het overlijden van mamma. Pappa was een aantal jaren daarvoor al gaan hemelen, dus wat doe je dan als kinderen? Het huis uitruimen. En toen was daar ineens weer dat doek! Het doek dat voor mij zo’n grote rol had gespeeld. Echt een cadeautje! Dat daarna bij mij dus weer in een kast kwam te liggen. Tot begin dit jaar. Want toen rijpte het idee voor Origin I en II, in samenhang met het idee voor een reeks speciale schilderijen onder de titel ‘Coloured Black’. Met daarin ook een heel speciale soort zwarte verf die ik nog nooit eerder heb gebruikt. Maar dat wordt een ander verhaal.

het verknipte deel in ‘Origin II’, met daarin heel duidelijk ook die speciale zwarte verf verwerkt

Tot volgende week.

TOOS

K10D Bergen (NH), here I come!


In 2020 kon ’t allemaal niet doorgaan. Iets met een virusje en een pandemietje. Maar nu wel. Dankzij de inventiviteit, denkkracht en doorzettingsvermogen bij fundamenteel onderzoek van een groep slimme wetenschappers.  Daardoor lag de kennis voor een nieuw vaccin voor het grijpen en klinken de fileberichten ’s morgens weer bijna als vanouds. Ook kan nu wel de 10e en dus jubileumeditie van StalKunst9 bij de 28e editie van de K10D van Bergen doorgaan. Van vrijdag 22 tot zondag 31 oktober.

Toch even voor de duidelijkheid, dat K10D staat voor de Kunst Tien Daagse die sinds 1993 jaarlijks in dat bekende kunst en kunstenaarsdorp Bergen in Noord-Holland wordt georganiseerd. Op allerlei locaties binnen en buiten het dorp en ook in Bergen aan Zee. Alleen vorig jaar dus even niet. Maar nu is er dan toch voor de tiende keer die manifestatie Stalkunst9. In een oude koeienstal aan de Voert 9 in het buitengebied van Bergen. Een koeienstal? Toos, wat doe jij in godsnaam in een koeienstal?

een gedeeltelijk overzicht van alle locaties, met midden onder de plek van Voert 9 bij die dichte verzameling vierkantjes

Dat was inderdaad ook de vraag die ik mezelf stelde toen Elisabeth Leyen begin 2018 vroeg of ik aan de door haar georganiseerde  expositie Stalkunst9 wilde meedoen. Hoe ik Elisabeth had leren kennen is een verhaal dat ik hier al eens vertelde. Mogelijk belandt daardoor misschien nog eens een kunstbijdrage van mij in het Rijksmuseum.

samen met Elisabeth in de stal, een paar dagen geleden

Maar om een lang verhaal kort te maken, ik ging met Elisabeth kijken aan de Voert 9, ging door haar enthousiasme en de , zeg maar, uitdagende ruimte overstag en deed in 2018 mee aan de 8e editie van StalKunst9. Naar alle tevredenheid, zowel vanwege de sfeer als het succes. Dus toen ze na afloop te kennen gaf mij er heel graag weer bij te hebben voor haar jubileumeditie wist ik ’t wel. Ja, leuk, doen! 2020 stond in de agenda genoteerd. Dat bleek uiteindelijk typisch een jaar om te deleten. Waardoor ik dus pas een paar dagen geleden opnieuw met mijn bus vorstelijk de stal binnenreed. Naar het achterste deel waar jaren geleden de koeien naar buiten liepen via de grote staldeuren.

mijn bus achterin de stal

Want dat achterste deel is weer ‘mijn’ ruimte. Waar ik kan doen en laten wat ik wil. En waar levensgezel gelijk na het uitladen zijn trapvaardigheid kon tonen. Om die staldeuren te behangen met een aantal blauwbeschilderde banners. Allereerst natuurlijk een prima eyecatcher voor de bezoeker die aan de voorkant binnenkomt. Maar ook een mooie achtergrond voor het grote drieluik dat we er nu op hebben hangen.

’t Was wel wat uren doorpezen om de inrichting voor het overgrote deel op een middag voor elkaar te krijgen, maar ’t lukte. Op openingsdag 22 oktober nog even wat herordeningen en aanvullingen en het volk mag toestromen. De organisatie van de K10D schermt met zo’n 40.000 bezoekers in die 10 dagen. Of die ook allemaal naar StalKunst9 komen? Dat zou wel heel bijzonder zijn. De locatie is in ieder geval elke dag open van 11-17 uur. Waarbij ik ga proberen om ook zoveel mogelijk aanwezig te zijn. Want dat is nou juist een van de leuke aspecten daar. De geïnteresseerde bezoeker persoonlijk te woord kunnen staan. Maar ik wil toch ook graag zelf bezoekertje spelen op de andere plekken. Hoezo nieuwsgierig!

overzicht van de deelnemende kunstenaars aan StalKunst9 met links 2e van boven een van mijn mixed media uit ‘The 70-Series’

Intussen is de publiciteit al wel losgebarsten. In bijvoorbeeld de bij museum en galeriebezoekers ongetwijfeld bekende en altijd gratis verkrijgbare Kunst-&Museumkrant. De Noord-Hollandse uitgave is in een speciaal dik K10D nummer verschenen. Met daarin natuurlijk aandacht voor StalKunst9 en ene Toos van Holstein. Ook op internet kun je jezelf volledig verdiepen in dekunst10daagse.nl . Dat ik daarnaast de komende tijd mee in de bus ga blazen van de social media? Allicht! En let maar op mijn komende blogaflevering.

hier al vast een klein stukje van mijn expositiebijdrage, volgende week meer

Tot volgende week.

TOOS

Mijn Reddersmonument en van toen het Veerse Meer nog het Veerse Gat was


Wat dit hierboven is? Mijn Reddersmonument in Veere. Op de hoek van Markt en Kaai. Op de muur van wat ooit het katholieke kerkje O.L. Vrouwe ter Snee was, schuin tegenover dat prachtige middeleeuwse stadhuis. Onthuld op 29 mei 2010. Een paar weken geleden was ik er weer  eens even  om te controleren of dat reddersmonument er nog steeds goed bij hangt. Dat maakte ook gelijk heel wat herinneringen los. Zoals dat het al onthuld had moeten worden op 11 januari 2008 en ook nog op een heel andere plek.

bij de ingang van de haven

Daar dus waar nu die kanonnen staan. En dan zo’n 5 meter hoog. Je begrijpt vast al dat dit een stukje recente Veerse  geschiedenis vormt in de lange historie van deze ooit zo rijke havenstad. Van toen het Veerse Gat, de directe verbinding met de Noordzee, nog lang geen afgesloten Veerse Meer was. En er op drukke dagen in de 16e en 17e eeuw tientallen handelsschepen voor anker gingen.

Schepen die bij heftige stormen op zee wel eens in nood kwamen en ook vergingen. Waarbij zeelui verdronken of op het nippertje werden gered.

Pas in de tweede helft van de 18e eeuw kwam er een soort reddingswezen op gang. Met als gangmaker de in Veere geboren Frans Naerebout (1748-1818). Voorganger van de velen die zich daarna inzetten voor dat reddingswezen. Zoals bijvoorbeeld nog op 11 januari 1958 kapitein Jan Minneboo en matroos Boete Minneboo. Die met hun reddingsboot en gevaar voor eigen leven op bijna miraculeuze manier de bemanning van de zinkende sleepboot Ebro veilig aan wal wisten te krijgen. Toen al beloofde de burgemeester dat daar een eremonument voor moest komen. Niet dus.

Frans Minneboo

En dat kon Frans Minneboo, zoon van Jan, niet laten gebeuren. Dat monument, een eerbetoon aan al die redders van eeuwen her, moest en zou er komen. Het liefst exact 50 jaar na die heldendaad in 1958. De laatste trouwens. Want een paar jaar later werd het Veerse Gat afgesloten. Dat is zelfs nog bezongen door de bekende troubadour Jaap Fischer. Luister maar.

Frans Minneboo richtte dus een stichting op. De Stichting Reddersmonument Veere, de SRM Veere. Vijf  Zeeuwse kunstenaars werden geselecteerd om een ontwerp te maken voor het monument. En, kort samengevat, mijn ontwerp werd ‘t.

maquette voor mijn Reddersmonument

Vanwege de figuratief vormgegeven symboliek. Met de vervaarlijke zeebodem en het opengewerkte lichaam van de drenkeling, bijna al een lege huls. En met de reddingsboot als windvaan bovenop de dubbel gelaagde golven. Voor zowel het visueel dramatisch effect als de gelaagdheid van het redden lang geleden. Want leverde een vergaan schip niet ook heel veel aangespoelde, te jutten en te verkopen goederen op?

Waar dit geheel moest komen wist ik gelijk. Op de kop van de haven waar vroeger al die schepen in en uit voeren. Recht tegenover de stoere 15e eeuwse Campveerse Toren, ooit onderdeel van de Veerse stadsmuur. Zo ongeveer moest ’t er ongeveer uit komen te zien.

gezien vanaf de hoek van Kaai en Markt

Maar toen kwamen de nimby’s in opstand. De lui van ‘ik ben wel voor, maar not in my back yard‘, niet in mijn achtertuin. Of eigenlijk dus nimfy’s. Not in my front yard, niet in mijn voortuin. Want, zoals dat werd verwoord in hun bezwaarschriften, ‘het past niet in onze vestingstad en bovendien zou bij plaatsing op de beschermde stadswallen het aloude silhouet van de stad worden aangetast’. Een heel curieus argument trouwens, dat van het silhouet. Want exact op de plaats waar het reddersmonument zou komen, stond eeuwen geleden een andere toren van de vestingwal. Zoals deze oude gravure van Veere laat zien. Maar ja, historisch besef is een rekbaar begrip.

links de gravure, rechts een uitsnede ervan, met links die toren tegenover de Campveerse Toren

Die toren schijnt ooit bij een zeer lage waterstand de haven in te zijn gegleden en is nooit meer opgebouwd. De tegenstanders liepen zelfs in de zomer op de Kaai toeristen te ronselen om hun bezwaar mee te ondertekenen. Ik heb me destijds ver gehouden van al dat gedoe, dat was aan de SRM Veere. Met pijn in het hart natuurlijk. Maar ik had van insiders wel begrepen dat Veere een politiek wespennest was en er mogelijk ook nog andere,meer persoonlijke belangen speelden. Uiteindelijk ging de oorspronkelijke opzet dus niet door, B en W haalden bakzeil. Maar geen haar op Frans Minneboo’s hoofd die er aan dacht zich schaakmat te laten zetten. De particuliere geldgiften waren overigens ook al binnen. Dus maakte ik een nieuwe, veel kleinere opzet voor die hoek bij Markt en Kaai. ’t Was toch ook mijn eer te na dat die redders niet geëerd zouden worden.

Het resultaat? Een groot feest op 29 mei 2010. Met redder Boete Minneboo en oud-Ebro-kapitein  Jan Bruins, beiden 85, als eregasten.

onthulling door Boete Minneboo en Jaap Bruins
en ondergetekende deed natuurlijk ook nog een woordje
een shanty-koor mocht natuurlijk ook niet ontbreken

Eind goed, al goed. Met dat nog steeds prachtig hangende reddersmonument. Tot volgende week.

TOOS

De TOOS-doodle



De TOOS-doodle
De BTW op beeldende kunst per 1 januari 2011 van 6 naar 19%! De kunstensector weggezet als elitair Amsterdams grachtengordelvolkje! Kunstenaars allemaal handenophouders! De kunsten worden door de huidige regering en hun gedoogpartij weggezet als alleen maar een kostenpost in onze maatschappij en dat kan ik als beeldend kunstenaar niet op mij laten zitten.
Tijd dus voor een gebaar: de gratis TOOS-doodle! Ik woon dan wel aan een gracht, maar dat in Middelburg, ik heb nog nooit mijn hand opgehouden en op gratis kunst kan geen BTW worden geheven.
Daarbij vind ik het natuurlijk gewoon heel leuk om mijn fantasie op doek en op papier uit te leven. Maar nu kan dat dus ook op het touchscreen van de iPad. Toen ik dat ontdekte, was ik direct verkocht. Gewoon met vinger en pen tekenen en schilderen op zo’n magisch scherm! En hoe simpel is het dan om liefhebbers daarvan deelgenoot te maken.

Ik heb me voorgenomen om in de aanloop naar en tijdens mijn grote expositie in fort Rammekens regelmatig zo’n TOOS-doodle te maken. Die kan daarna op mijn nieuwe TOOS-website www.toos.biz worden gedownload en geprint op A4-formaat. Kijk maar onder de knop TOOS-doodles, de rest wijst zich vanzelf.

Over een poosje zet ik nog wel eens een filmpje op YouTube om te laten zien hoe ik zo’n doodle maak. Maar begin voorlopig maar eens met het verzamelen van die TOOS-doodles. Want ze worden wel allemaal op de site gezet, maar na verloop van tijd zijn ze niet meer in hoge resolutie uit te printen.

Wil je er direct van op de hoogte worden gebracht als er weer zo’n gratis kunstwerk of een aflevering van dit blog verschijnt, zorg dan dat je op een of andere manier met mij verbonden bent via Twitter, Facebook, LinkedIn of Hyves. Intekenen op mijn Nieuwsbrief op www.toosvanholstein.nl kan ook, maar die verschijnt hooguit eens per maand.