Tagarchief: Middelburg

De Muzen? Onmisbaar!


Negen heb je er, negen muzen in de Griekse mythologie. Negen onsterfelijke godinnen als inspiratiebronnen voor de kunsten en de wetenschap. En ook nog eens allemaal dochters van Zeus. Want die kon er wel wat van bij het zorgen voor een rijkelijk nageslacht. 

de negen Muzen op een Romeinse sarcofaag

Hoe ik daar zo op kom? Door het bladeren in mijn agenda van afgelopen maart. Waardoor ik me ineens realiseerde dat ik best heel behoorlijk had genoten van door diverse muzen geïnspireerde culturele voortbrengselen. “Waarom dat niet eens op een rijtje gezet” was toen mijn inspiratieve gedachte. Daar gaat ie.

Middelburgse Kunst & Cultuurroute

Altijd op de 1e zondag van de maand en daarmee ook altijd een mooie kunstzinnige maand-start. Met dit keer een extra cachet omdat er iemand binnenkwam die ik allang kende maar nog nooit in levende lijve had ontmoet. Koen Schijvens, een collega-blogger en culturele duizendpoot.Wonend in Mozambique, maar ook regelmatig verkerend in Nederland. Zoals die 1e zondag. Echt een heel bijzondere verrassing. En laat hij nou ook nog mijn atelierdeuren uitgaan met een paar van mijn kunstobjecten!

Koen fotografeert zijn nieuwe kunstaanwinsten terwijl levensgezel dat weer fotografeert

Van dat soort verrassingen wordt ik altijd heel blij. En Koen (want hij leest dit, dat weet ik), volgende keer wat langer. Want we hebben, zo bleek, heel veel raakvlakken.

‘Ja, Leuk’ van Pieter Derks in Rotterdam

de zaal van Oud Luxor in Rotterdam vlak voor de voorstelling van Pieter Derks

Levensgezel en ik bezoeken met een paar vaste vrienden regelmatig cabaretvoorstellingen. Zoals de nieuwe voorstelling ‘ Ja, Leuk’ van Pieter Derks. Net in première gegaan in Rotterdam, in Oud Luxor. Nou, wie kent hem zo langzamerhand niet. Van zijn radiocolumn, van de televisie en van zijn theatervoorstellingen. De man die onze maatschappij en de politiek niet alleen humoristisch maar ook vlijmscherp fileert. De man ook die, zo werd eind maart bekend, de komende Oudejaarsconference gaat doen. Reken maar dat ik dan paraat zit. En ‘Ja, Leuk’? Doen! Leuk en nog veel meer.

‘Frans Hals’ blockbusterend in Rijksmuseum Amsterdam

bij het Rijksmuseum in Amsterdam

Natuurlijk een moetje. Die megatentoonstelling over ‘onze’ grote Gouden Eeuwse schilder. En dat moetje bleek ook het moetje waard. Een geweldig overzicht van zijn schilderijen en zijn fabuleuze schilderstechniek. Naast genieten werd me al heel snel duidelijk ‘dit wordt een verhaal’. Binnenkort dus in dit (blog)theater.

‘Dune 2’ in Den Haag

’t Zal rond 1970 zijn geweest dat ik het eerste deel van Frank Herbert’s ‘Dune’ sage verslond. Dat machtige sf-verhaal over de bizarre planeet Arrakis oftewel Dune. Het boek riep subiet allerlei beelden bij me op, ik zag die woestijnplaneet helemaal voor me. En frappant,levensgezel die toen nog geen levensgezel was, had dezelfde ervaring gehad. Liggend lezend op een Grieks strand vlak bij een oude tempel. Logisch dus dat we naar de net uitgebrachte film ‘Dune 2’ moesten.

scene uit Dune 2

Wat er bij ‘Dune 1’ een paar jaar geleden jammer genoeg niet van was gekomen.  Maar die zagen we gelukkig als voorafje recent nog op tv. Nu ging echter onze gezamenlijke wens in vervulling: de filmische verbeelding van Dune zien op het grote filmdoek. Overdonderend.

‘Universum Max Beckmann’ in Kunstmuseum Den Haag bij een speciale avondopening

Lid zijn van de Vereniging Rembrandt levert niet alleen de Rembrandtkaart op (een pendant van de Museumkaart), maar ook aangename extraatjes. Zoals een aparte avondopenstelling in het Kunstmuseum Den Haag. Voor de grote overzichtstentoonstelling daar van de door Hitler als entartete kunstenaar bestempelde Max Beckmann (1884-1950). Die mee hierdoor in de jaren van de Tweede Wereldoorlog noodgedwongen in Amsterdam verbleef.

groot 3-luik van Max Beckmann, geschilderd op zijn Amsterdamse zolder

Een donkere, benauwende maar ook indrukwekkende wereld, dat universum van hem. Wie weet ook nog eens een ander verhaal.

Brussel, voor de Surrealisten en Verdi

Ik ben gek op Italiaanse opera’s. Puccini, Donizetti, Rossini, maar vooral Verdi, veel Verdi. De laatste kregen we rijkelijk voorgeschoteld in het prachtige 19e eeuwse operatheater De Munt in Brussel.

Nationale Opera De Munt/ La Monnaie in Brussel
de zaal in De Munt

Met de twee volstrekt unieke voorstellingen ‘Rivoluzione e Nostalgia’ op twee achtereenvolgende dagen. Waarover ik nu lekker niks zeg. Dat wordt een ander verhaal. Een surrealistische bijkomstigheid was dat 100 jaar geleden, in 1924, in Parijs het Surrealisme werd geboren. Zowel in schrift als in beeld. Met daarom nu in het Brusselse Bozar een uitgebreide expositie daarover. Dat kon ik gelijk mooi meepikken. Ook binnenkort in dit blogtheater.

‘Histoire de ne pas rire’, de expositie over het Surrealisme in België in het Bozar in Brussel

KunstRAI in Amsterdam

op de KunstRAI

Als toetje bij deze rijkelijke culturele maart-maaltijd was er dan nog de KunstRAI. Eén van de grootste Nederlandse kunstbeurzen. Waar je je helemaal kunt laten overvoeren met beeldende kunst in allerlei maten en soorten. Altijd interessant om te kunnen aanschouwen wat er zoal in de kunstwereld leeft. Want alleen maar schilderen in mijn eigen Middelburgse schildershok, nee zeg, ik wil ook de wereld in. Nou, dat is dan in maart niet onaardig gelukt.

Oh ja, tussendoor nog regelmatig liefhebbers van mijn werk blij maken hoort er natuurlijk ook bij. Zie bijvoorbeeld onderstaande foto van een paar weken geleden. Waar een lege muur smachtend wachtte op mijn ‘Twogether’.

Toos van Holstein, Twogether (olieverf 100 cm-120 cm)

Tot volgende week.

TOOS

Columbus op een voetstuk, Middelburg aan de wand en Zierikzee op het plafond


De Genuees Columbus ontdekte in 1492 Amerika. Maar wel varend onder Spaanse vlag. Dat heeft ze daarna in Spanje een leuke zakcent opgeleverd. Waarvan Genua als bankiersstad ook ging profiteren door Spanje leningen te verstrekken voor expedities naar dat nieuwe continent. Reden genoeg dus om Columbus toch maar flink te eren in Genua. Met een heerlijk protserig monument.

monument voor Columbus in Genua

We liepen er in januari elke keer langs als we ook op ontdekkingstocht gingen. Maar dan wel beperkt tot Genua zelf. Hier en hier schreef ik er al over. En op die Genuese tochten ontdekte ik zowel Middelburg tegen een muur als Zierikzee op een plafond. Hè, Zeeland in Genua? Yep! In het eeuwenoude Palazzo Spinola. Ooit toebehorend aan één van die stinkendrijke oligarchenfamilies in de stad, nu een prachtig museum.

Palazzo Spinola
één van de zalen in Palazzo Spinola

Verdekt achter mij in de trapscene-foto hierboven zie je er al een stukje van. Van een imponerend grote, laat 17e eeuwse landkaart. Een gravure. Met daarop centraal onze Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.

Maar hangt die niet een beetje verkeerd? Nee hoor, gewoon het westen boven en het oosten onder. Niet ongebruikelijk destijds, zo begreep ik van een van de suppoosten. Net zoals het toen in rijke Genuese kringen gebruikelijk was om hun internationale oriëntering te showen met dit soort heel dure kaarten.

detail met Zeeland

Om die landkaart heen staan als extra versiering ook nog heel veel stadsaanzichten. Ineens zag ik daar dus ook mijn Middelburg.

En terwijl ik met dit blog bezig ben, realiseer ik me dat die gravure van Middelburg toch wel flinke overeenkomsten heeft met dat tientallen jaren eerder gemaakte schilderij van Adriaen van de Venne waarover ik twee weken geleden schreef.

Adriaen van de Venne

Toeval? Ach, er zwierven in die tijd heel veel gravures rond van schilderijen. Dus wie weet is er een Nederlandse link. Want de graveur, drukker en uitgever van de grote, met tempera ingekleurde kaart was Frederick de Wit uit Amsterdam. De stad waar in de 17e eeuw heel wat grote atlassen en stadsplattegronden annex aanzichten zijn gedrukt. Denk maar aan de drukkersfamilie Blaeu en hun nu wereldberoemde atlassen. Zoals de Atlas Maior (de Grooten atlas), toen het duurste boek van de 17e eeuw. De Wit paste ook helemaal in die druk en uitgeverstraditie. Met als gevolg mijn ‘ontdekking’ in het Palazzo Spinola.

Maar er kwam nog veel meer. Onder andere een stijve nek. Want in de volgende zaal trof ik een prachtige, intrigerende plafondschildering aan.

de zaal met de plafondschildering

Een fresco uit begin 17e eeuw. Over de, voor mij onbekende, bevrijding van Zierikzee in 1304. Door de combinatie van een Frans-Spaans-Genuese vloot van de Franse koning en die van het graafschap Holland. Geleid door ene Ranieri Grimaldi. Die ervoor zorgde dat de vloot van het graafschap Vlaanderen, die Zierikzee belegerde, werd verslagen. Ben je er nog? Wat ben ik toch blij met de EU!

En die Ranieri, Reinier? Die had banden met Genua. Ook met Monaco trouwens, waar hij enkele jaren heerser was geweest. Herinner je je nog Reinier III van Monaco (getrouwd met filmster Grace Kelly), de vorige vorst van Monaco?

deel van de plafondschildering

Die Vlamingen belegerden Zierikzee dan weer omdat ze ’t hoog in hun bol hadden gekregen door hun overwinning op het Franse leger in 1302 bij de zogenaamde Guldensporenslag. Waarom niet Zeeland nog even bij Vlaanderen voegen! Die Guldensporenslag wordt in Vlaanderen nog steeds gevierd op 11 juli, een officiële vrije dag. Over Zierikzee hoor je ze dan natuurlijk niet. Meer weten over alle bijbehorende achtergronden, internet is er goed voor.

Ik werd in ieder geval behoorlijk blij verrast met die Italiaanse Ranieri op zijn zegekar voor de muren van Zierikzee. Wel een behoorlijk gefantaseerd beeld van Zierikzee, schat ik zo in. Maar toch prachtig om een stukje Zeeuwse geschiedenis van lang geleden bijgebracht te krijgen via een plafondfresco in een Genuees palazzo.

Ranieri op zijn zegekar voor de muren van Zierikzee

Verrassingen te over trouwens in dat Palazzo Spinola. Want wat dacht je van een indrukwekkend ruiterportret door de Vlaming Rubens? Eén van de vele Vlaamse kunstenaars die ooit acte de présence gaven in het rijke Genua. Maar die komen misschien nog wel eens tevoorschijn in een ander verhaal.

Peter Paul Rubens, Portret van Giovan Carlo Doria (rond 1606)

Net zoals ook Angelica Kauffmann (1741-1807), één van de weinige bekende vrouwelijke kunstenaars uit de 18e eeuw. Van haar hand hing daar zomaar ineens het portret van een lid van de uitgebreide Spinola-familie.

Angelica Kauffmann, Portret van Paolo Francesco Spinola (1793)

Dat ik er papa Gentileschi, Orazio Gentileschi dus, de vader van powervrouw Artemisia, nog tegenkwam, was weer minder verrassend. Die heeft ten slotte een paar jaar gewerkt in Genua. Ook hij komt vast nog wel weer eens ter sprake in TOOS&ART.

Orazio Gentileschi, olieverf over het Oudtestamentisch verhaal van het willen offeren van zijn zoon Isaac door aartsvader Abraham
de afdeling Middeleeuwse Kunst in Palazzo Spinola

Conclusie: Genua, La Superba, is een stad vol kunstverrassingen en een bron voor mijn kunstbloginspiratie. Tot volgende week.

TOOS

Het Zeeuws Museum in Middelbug pakt groots uit met Oranje-propagandist Adriaen van de Venne


“Van de Venne, Adriaen van de Venne, moet ik die kennen dan”. Zo vroeg levensgezel zich af toen ik hem vorig jaar september vertelde dat er in het Zeeuws Museum een grote tentoonstelling ging komen over die 17e eeuwse schilder. “Oh jááá, natúúúúrlijk, de Van der Vennestraat, in de Schilderswijk nog wel”. Als een in Den Haag opgegroeid jochie en puber daagde ’t hem ineens.

Maar bij mij ging er nog steeds niet echt licht branden.Tot ik een paar dagen later ook zo’n aha-erlebnis kreeg. Waarbij ik me opeens in het Rijksmuseum voor een curieus schilderij zag staan. Een puur protestants en pro-republiek getint propagandaschilderij uit onze Tachtigjarige Oorlog. Was dat niet van die Adriaen van de Venne? En ja hoor!

Adriaen van de Venne, De Zielenvisserij (1614)

Op YouTube vond ik er zelfs nog een interessant uitleg-filmpje over. Kijk zelf maar.

Over die Adriaen van de Venne (1589 Delft- 1662 Den Haag) maakte het Zeeuws Museum aan het Abdijplein in Middelburg dus veel reclame.

Wij dus onlangs op naar dat plein, naar mijn smaak één van de mooiste pleinen in Nederland. En laat nou juist dat Abdijplein in een prent van Adriaen voorkomen!

Met allemaal kindertjes die er aan het spelen zijn. Mooi om te zien dat het weergegeven deel van het plein er nauwelijks anders uitziet dan tegenwoordig. Zoek de verschillen.

Adriaen van de Venne, Zelfportret (1615-18)

Maar hoe kwam Van de Venne erbij juist dat plein te gebruiken? Omdat het gezin Van de Venne met zonen Jan en Adriaen begin 17e eeuw vanuit Delft naar Middelburg verhuisde. Waar Jan zich in de drukkunst bekwaamde en Adriaen ook weer kwam wonen na zijn schildersopleiding in Leiden.

Jan kon een drukkerij overnemen en samen begonnen ze de Schildery-winckel. Een broederlijke kruisbestuiving.

De Schildery-winckel (1623), met de broers Jan en Adriaen achter de drukpers
detail met de broers

Adriaen maakte illustraties bij boeken die Jan uitgaf van niet de minsten in de Lage Landen. Zoals van Vadertje Cats, de koosnaam voor de van oorsprong Zeeuwse dichter/staatsman Jacob Cats. En van Hollander Constantijn Huygens: geleerde, dichter, diplomaat en nog zo een en ander. Logisch dat er van die in Nederland wijd verbreide uitgaven het nodige is te zien. Waarbij nog wel de aantekening dat Adriaen de originele tekeningen maakte die vakkundige graveurs dan weer zo nauwkeurig mogelijk namaakten.

gravure naar tekening van Adriaen van de Venne in het boek ‘Self-strijt, dat is Crachtighe beweginghe van Vlees en Gheest’ van Jacob Cats (1620)
Adriaen van de Venne, tekening van Jacob Cats (1618)
Adriaen van de Venne, Man die naar zijn schaduw wijst (1623), tekening met pen en bruine inkt, grijs en bruin gewassen
tekening links + gravure rechts (door het drukken gespiegeld)

Maar er is veel en veel meer. Zo’n 100 werken, die vanuit heel Europa naar Middelburg mochten komen. Dat krijg je als je als museumdirectie kunt schermen met de vele te verwachten uitlenen van het beroemde Rijksmuseum. Die Zielenvisserij van hierboven hangt er niet, maar wel dit.

Het vertrek van een hoogwaardigheidsbekleder uit Middelburg (1615)

Een heel bekend schilderij voor mij met Middelburg als achtergrond. Maar, mea culpa mea culpa, de naam van de kunstenaar was nooit bij me blijven hangen. Dat brede kanaal, de directe verbinding van Middelburg met de Westerschelde, is allang verdwenen. Je rijdt er nu min of meer overheen als je vanaf de A58 via de N57 richting Middelburg rijdt. Je herkent dan ook gelijk het huidige silhouet van de stad.

Van links naar rechts de toren van het oude stadhuis, de toren van De Lange Jan en de toren van …..Tja, die kerk is dus al lang geleden afgebroken. De dominante koepel van de Oostkerk zie je nou juist niet. Want die werd pas gebouwd toen Adriaen al lang en breed in Den Haag woonde.

detail met de ‘skyline’ van Middelburg

Broer Jan overleed namelijk plotseling in 1625 en Adriaen verhuisde naar Den Haag. Misschien kon hij als groot fan van de Oranje-stadhouders in dat centrum van de politieke macht van de jonge Republiek der Nederlanden wel wat schilderspotjes breken. Zijn Oranje-vleiende schilderijen getuigen er nog van.

De prinsen Maurits en Frederik Hendrik op de paardenmarkt van Valkenburg (Zuid-Holland) (1618)
detail met rechts de koets met de prinsen erin
Prins Maurits op zijn paradebed (doodsbed), gravure van Jan Hendriksz. Verstraelen naar tekening van Adriaen, met helemaal recht Adriaen zelf die ons aankijkt (1625)
Adriaen van de Venne, Prins Maurits op zijn paradebed (olieverf op koper, 1625)
Cavalcade van de prinsen van Oranje en de graven van Nassau (olieverf op koper, 1625-20)
gravure van Willem Jacobsz. Delff naar het schilderij van Adriaen van de Venne

Net zoals ook tekeningen en prenten van de verschillende stadhouders. Prenten die door hun lage prijs makkelijker hun weg vonden dan de veel duurdere schilderijen.

Hier een portret Prins Willem I van Willem Jacobsz. Delff naar Adriaan van de Venne (1623)

Misschien is dit goedkopere ook een reden geweest voor Adriaen om zich te storten op zogenaamde grisailles. Schilderijen in alleen maar tinten grijs waarin hij beslist een meester was.

Adriaen van de Venne, Frederik V, keurvorst van de Palts en echtgenote (grisaille, 1628)
detail
detail van ‘Elck moet zijn deel hebben’ (1660), over de jaarlijkse loterij op de Haagse Kermis waarbij vrouwelijke huwelijkskandidaten worden verloot onder manne in het publiek

Al met al een heel mooi overzicht van niet een van de bekendste meesters uit De Gouden Eeuw.

Dat misschien wel zorgt voor een Adriaen-revival. Met als klapstuk zelfs nog een groot wandtapijt van hem. De opdrachtgever? Onbekend. Het onderwerp? Des te bekender.  Dat er bij de wat ouderen onder ons meedogenloos ingestampteig jaartal 1600, Slag bij Nieuwpoort. De, dankzij veel geluk, glorieuze overwinning van Stadhouder Maurits op die vuile Spanjaarden. 

detail van het wandtapijt

Dat tapijt sluit trouwens mooi aan bij het grootste en grootse bezit van het Zeeuws Museum: de zes gigantische wandtapijten over glorieuze Zeeuwse zeeslagen tegen, alweer, die vuige Spanjaarden. Maar dat is een ander verhaal.

de zaal met de zes wandtapijten over zeeslagen in Zeeland tijdens de Tachtigjarige Oorlog

En wat ik nu ook heb ontdekt?  Ook Middelburg heeft een Van de Vennestraat. In een van de nieuwere buitenwijken. Wel een Adriaen van de Vennestraat. Dus zonder die Haagse ‘r’ in der, maar met Adriaen erbij. Tot volgende week.

TOOS

Middelburg + KunstFeest? Gaan natuurlijk!


de Bellinkstraat in Middelburg met de vlaggen van een paar kunstroutedeelnemers en helemaal in de verte mijn pakhuis ‘Holstein’

In oktober 2001 verhuisde ik van Eindhoven naar mijn 18e eeuwse pakhuis in Middelburg aan de Korendijk 56. En op de 1e zondag van februari 2002 om 13 uur deed ik daar voor ’t eerst de grote glazen deuren van mijn atelier open voor de Kunst & Cultuurroute Middelburg (website https://kunstroutemiddelburg.nl/ ). Die bestond toen al, zij het nog maar 2 jaar (oprichting stichting in 1999). Hé, even rekenen! Route begonnen in 2000, nu zijn we 2024, dus dat betekent …. Inderdaad. Onze onvolprezen kunstroute bestaat 25 jaar. Een waarachtig jubileumjaar dus. Als dat geen feest, geen KunstFeest waard is, wat dan wel? Dat vindt de PZC, de Provinciale Zeeuwse Courant, natuurlijk ook. Vandaar onlangs bijgaand artikel.

artikel in de PZC met op de foto links Judith Loontjes, de voorzitter van de Kunst & Cultuurroute Middelburg

Jammer trouwens dat je een, zij het gratis, account (hier) moet aanmaken om dat goed te kunnen lezen.

Even terug naar oktober 2001. Mijn pakhuis, dat ik de naam ‘Holstein’ mocht geven van de Monumentencommissie, werd door aannemer/restauratiebedrijf Bouwgroep Peters eindelijk opgeleverd. Na de nodige aandrang, dat wel. “Jongens, opschieten, afmaken, mijn verhuiswagen komt begin oktober voorrijden.” Dat lukte ze maar net. Toen waren trouwens alleen de zolder en mijn atelier klaar. Wonen op zolder en werken beneden. De twee tussenliggende etages heb ik in 2022 door andere bedrijfjes de finishing touch laten geven.

de 1e etage voor de start van de renovatie/restauratie
de leeg opgeleverde begane grond die nu mijn atelier is

Dat ik met de kunstroute mee ging doen, was me al lang duidelijk. Kunstroutes zat in Nederland. Maar dan hooguit 1 of 2 keer per jaar. Dus waar vind je zo’n particulier georganiseerd kunstevenement waarbij 11x per jaar, alleen in januari niet, ateliers en galerieën de deuren opengooien?  Bij het tellen op één hand houd je volgens mij zelfs nog enkele vingers over.

levensgezel die altijd de routevlag bevestigd op de 1e zondag van de maand

Sinds februari 2002 hebben mijn deuren die 11 keer per jaar ook altijd open gestaan. Oh, wacht even Toos, niet liegen. Eén keertje niet namelijk. Want als ik zelf weer eens in het buitenland zit om er te werken of als ik een opening heb van een van mijn tentoonstellingen, zorg ik altijd voor vervangers. Die ene keer is dat me dus niet gelukt. ’t Voelt nog altijd als een klein smetje op mijn kunstroutevlag die op die 1e zondag altijd buiten hangt. Zoals ook afgelopen 4 februari  weer bij de start van ons Jubileumjaar. En opnieuw komende 3 maart (13-17 uur).

Meer dan 30 deelnemers hebben we, ook dit jaar weer. Die allemaal op één zondagmiddag bezoeken? Dat gaat je never nooit niet lukken. Maar met de nieuwe folder en brochure van 2024 in de hand kun je best wel een eindje komen. Kijk maar op dit kaartje uit de folder (hier te downloaden ).

Uitgebreidere informatie?  Dan is er de brochure (download hier te vinden). Met bijvoorbeeld een overzicht van ons jaarprogramma.

Daarin is nog niet veel te vinden over de festiviteiten rond de viering van ons 25-jarig jubileum. Want dat program is nog volop in ontwikkeling. Op de website van de route kun je daarover de komende tijd natuurlijk alles volgen. Ook via mijn ‘TOOS&ART’, op Facebook, op LinkedIn en nog zo een en ander houd ik je vanzelfsprekend op de hoogte. Of mondeling als je mijn atelier bezoekt. Want de komende keren heb ik nog geen vervangers nodig, dan staan levensgezel en ik je graag te woord. Iedereen welkom op 3 maart van 13-17 uur.

nu ben ik nog druk bezig in mijn atelier
maar op 3 maart heet ik je van harte welkom

Tot volgende week.

TOOS

Is mijn inspiratie nu echt verknipt?


links ‘Origin II’ in de etalage van galerie Quadrige

Het grote schilderij dat tijdens mijn afgelopen expositie bij galerie Quadrige in Nice in de etalage hing, hing daar dan wel, maar moest toch ook echt wel terug naar Nederland. Zo had ik dat geregeld met galerie-eigenaar Jean-Paul Aureglia. Net zoals voor een ander werk binnen.

druk in gesprek met schrijver/dichter Raphaël Monticelli onder mijn ‘Origin I’

Waarom ik ze dan vers van de Middelburgse ezel toch richting Nice had meegenomen? Omdat ze een rol spelen in het kunstboek, het livre d’art ‘L’Art au Carré-Toos van Holstein’, dat bij de expositie verscheen. Namelijk in één van de artikelen erin. Een artikel ondertekend met ‘Dr.H.T.Witteveen, collectioneur d’art’. Bij trouwe lezers van dit blog beter bekend als ‘levensgezel’.

Want Jean-Paul wilde in dat L’Art au Carré ook graag een bijdrage van een Nederlandse kunstkenner. Toen levensgezel zichzelf voorstelde, was Jean-Paul’s reactie direct een enthousiast ‘ja’. Wetend dat levensgezel, als mijn mano di tutti, ook best wel taalvaardig is. Geregeld dus!

Dat stukkie van hem, ‘Toos van Holstein, artiste peintre pur sang‘, gaat onder andere over mijn drijfveren als kunstenaar. Daar weet ie na al die jaren best ’t nodige van. Maar hij kon het niet laten ook nog wat te psychologiseren over de bronnen van mijn inspiratie. Die waaruit mijn verbeeldingswereld zou zijn ontstaan. En daar komen die schilderijen ‘Origin I’ en ‘Origin II’ op de proppen. Omdat één van die inspiratiebronnen er zelfs letterlijk in is verwerkt. Hoe dat zit? Eerst een paar citaten uit dat artikel.

Toos van Holstein, ‘Origin I’ (90-160 cm)

“Maar wat hield die monde interieur van Toos van Holstein dan wel in en waar lag de oorsprong ervan? Daarvoor moeten we terug naar de kleine Toos van drie jaar oud, naar een ongelukje thuis dat haar maandenlang  overdag gekluisterd hield aan het divanbed in de ‘mooie’ kamer van hun eenvoudige huis. Een poging om, staand op een wankele stoel, hoog uit de keukenkast een potje honing te pakken, mislukte. Zowel het potje als Toos vielen, waarbij zij met een dijbeen bovenop het in glassplinters uiteengespatte potje viel. Het helingsproces nam maanden in beslag, maar nog erger, Toos mocht ook absoluut niet lopen. “Vandaar dat pappa mij ’s morgens uit mijn bed op zolder tilde en me naar dat divanbed beneden bracht om ’s avonds het omgekeerde te doen”.

Wat doet een kind met een grote fantasie in zo’n situatie? Leven in haar fantasie, leven in een steeds meer uitdijende imaginaire wereld met als vertrekpunt haar directe omgeving. Toos vermoedt dat daardoor haar fascinatie voor poorten is ontstaan. “Dat architectonische archetype, dat je in alle culturen terugvindt, komt regelmatig in mijn schilderijen voor. En ik denk dat ik de oorzaak daarvan wel ken. Vanuit mijn ligplaats van overdag keek ik namelijk recht vooruit naar een in de muur gemetselde boog met een gordijn er voor. Een geheimzinnige boog waar niet alleen de kostbare sigaren van mijn vader lagen, maar zich ook een doosje bevond met daarin bidprentjes. Die haalde pappa op zondag vaak te voorschijn en dan vertelde hij spannende verhalen bij de erop afgebeelde heiligen”.

Voorbij dat gordijn en achter die boog begon Toos zich allerlei fantasiewerelden voor te stellen. “Die boog werd een poort die de realiteit om me heen scheidde van mijn fantasie.”……………..

Toos van Holstein, ‘Origin II’ (90-160 cm)

Maar er is nog iets dat voor Toos, naar eigen zeggen, bij die gedwongen bedlegerigheid op jonge leeftijd een belangrijke rol is gaan spelen in de latere ontwikkeling van haar beeldtaal. “Naast mijn divan hing een wanddoek met daarop een oriëntalistische afbeelding. Met mensen in lange, ruimvallende kleren die zich bevonden in een totaal andere wereld dan de mij bekende. Een wereld die daardoor heel geheimzinnig was, een wereld waarin ik helemaal kon wegdromen”. Hiermee is de link naar de latere wereld in haar kunst, naar haar monde interieur, natuurlijk snel gelegd. Want wordt die door de vele liefhebbers van haar werk niet ook vaak als mysterieus en soms mystiek ervaren? En ontegenzeggelijk is in haar oeuvre van de jaren 80 en 90 van de vorige eeuw een oriëntalistische invloed te onderkennen.”

het verknipte en bewerkte deel van het wanddoek in ‘Origin I’

Dus wat heb ik nou gedaan? Dat wanddoek letterlijk verwerken in die paar schilderijen! Hoezo verknipt bezig als kunstenaar!

Jarenlang was dat wanddoek verdwenen. Tot we het keurig opgevouwen in een kast terugvonden na het overlijden van mamma. Pappa was een aantal jaren daarvoor al gaan hemelen, dus wat doe je dan als kinderen? Het huis uitruimen. En toen was daar ineens weer dat doek! Het doek dat voor mij zo’n grote rol had gespeeld. Echt een cadeautje! Dat daarna bij mij dus weer in een kast kwam te liggen. Tot begin dit jaar. Want toen rijpte het idee voor Origin I en II, in samenhang met het idee voor een reeks speciale schilderijen onder de titel ‘Coloured Black’. Met daarin ook een heel speciale soort zwarte verf die ik nog nooit eerder heb gebruikt. Maar dat wordt een ander verhaal.

het verknipte deel in ‘Origin II’, met daarin heel duidelijk ook die speciale zwarte verf verwerkt

Tot volgende week.

TOOS

Ie-wie-waai-wég met Pausen, maar Avignon profiteert er nog steeds van


’t Was toch nog wel wat jaartjes v.DC., voor het Digitale Camera tijdperk, dat ik er voor het laatst was. Dus veel foto’s ervan had ik niet. Maar toen levensgezel ontdekte dat sinds enkele jaren nu eindelijk ook de gerestaureerde Tuinen van het Pauselijk Paleis open waren, was de beslissing snel gemaakt. Op naar Avignon, op naar het Palais des Papes, als we onderweg waren van Middelburg naar Nice. Op naar het grootste gotische complex in Europa, niet hoger maar wel groter dan de grootste middeleeuwse kathedralen. Op naar “het mooiste en het sterkste huis van de wereld”, zoals de 14e eeuwse Franse chroniqueur Jehan Froissart het omschreef. Dat alles ook nog eens gelegen aan een groot, open plein waar de gevel zich helemaal voor je ontvouwt. En dan ben je dus nog niet eens binnen geweest!

Bij de ingang werd ons zelfs een moderne tablet verstrekt waarmee je via QR-codes en Virtual Reality terug kon worden gepiloteerd naar die 14e eeuwse sferen. Terwijl als extra verrassing naast de oude kunst ook nog eens prachtige 21e eeuwse kunst wachtte die zich moeiteloos voegde in het geheel. Komt straks.

zeer gewild, die tablet met de VR-toepassing
al vast even een voorproefje van die moderne kunst invoeging

Het Palais des Papes. De achterliggende geschiedenis illustreer ik tussendoor met foto’s die we maakten.  Van 1335 tot 1376 een niet onaardig onderkomen voor een reeks van pausen.  Pausen, die anders maar een beetje ontheemd door zuidelijke streken hadden moeten zwerven. Want zwervers waren ze voor 1335 al een tijdje. Geen arme zwervers natuurlijk, maar wel zonder vaste woon en verblijfplaats. Het onveilige Rome ontvlucht, min of meer weggejaagd. Door gedoe met wedijverende invloedrijke Romeinse families die zelf wel een pausje in de familie wilden hebben, een Franse koning die liever een Franse paus had om naar zijn eigen Franse hand te zetten, oorlogen en nog zo wat. Terwijl de Rooms-katholieke curie toch ook van zichzelf niet vies was van machtsspelletjes en politiek gekonkel.

Uiteindelijk streek de toenmalige paus Johannes XXII  in 1316 neer in het bisschoppelijk paleis van Avignon. Waarom Avignon? Hou op, hou op! Veel te ingewikkeld. Laat ik ’t maar kort samenvatten met ‘wees blij met onze EU’. En met de Chateauneuf du Pape wijn die ook nog een rolletje speelt in de historie van toen.

Paus Benedictus XII vond dat bisschoppelijk paleis blijkbaar toch niet helemaal jofel. Dus liet hij in 1335 de bouw van starten van wat nu het Palais des Papes is. Meer dan 1000 man die meer dan 10 jaar buffelden, beukten en bouwden. Stenen die vanuit de verre omgeving kwamen, zelfs vanuit het zo’n 200 km noordelijker gelegen Lyon. Maar toen stond het er dan ook, afgezien van nog extra uitbreidingen later.

maquette van het Palais des Papes zoals het er uiteindelijk stond
de nu gerestaureerde tuin aan de achterkant van het paleis
een van de grote vergaderzalen
en een van de kapellen
plus een 14e eeuwse virtual reality verbeelding op de tablet in een van de banketzalen die je via een QR code kreeg door de tablet te richten op die doorgang achterin

Dat Gregorius XI, een latere opvolger van Benedictus XII, in 1376 uiteindelijk weer vertrok naar Rome? Allemaal onderdeel van die machtspelletjes. Twee jaar later liep ’t echt de spuigaten uit. Gregorius XI gestorven, Urbanus VI verkozen door het kardinalencollege, grote ontevredenheid bij een deel daarvan dat nu naast Urbanus nog een ander (Clemens VII) aanwees. En laat nou in Avignon dat Palais des Papes toevallig leeg staan! Het zogenaamde Westerse Schisma is geboren. Een paus in Rome en een paus in Avignon. Met elk een eigen achterban van geestelijke en wereldlijke machthebbers in verdeelde kloosters en landen.

voeten van levensgezel en mij op een van die prachtige oude tegelvloeren
de Magna porta die toegang geeft tot de Grande Chapelle

Dat duurt tot 1417. Waarbij er zelfs vanaf 1409 een derde paus, gezeteld in Bologna, aan te pas komt die ervoor moet zorgen dat er toch maar één paus overblijft. Maar dan natuurlijk wel eentje in Rome. Hoe dan ook, in Avignon staat nog steeds dat imposante Palais des Papes. Wat zou de stad zijn zonder? Met alleen die brug om op te dansen?

Nu die moderne kunst. Van de Française Eva Jospin (1975). Een ontdekking. Alhoewel dat bij mij duidelijk een gat in mijn kunstkennis bleek. Ze heeft al ik weet niet wat voor grote museale projecten gedaan. Daarbij vooral werkend met karton en takken als basismateriaal.

een van die grote objecten
detail
maar er stonden ook kleinere
detail
en ze heeft ook nog gigantische tapijten gecreëerd
detail

In diverse ruimten hingen of stonden intrigerende objecten van haar. Eigenlijk net alsof die zich daar al eeuwen bevonden. Gewoon helemaal passend. Prachtig!

in de Grande Chapelle

En dan heeft ze in 2021 nog wel geëxposeerd in het Noordbrabants Museum in Den Bosch. Maar ja, soms gaat er wel eens iets aan me voorbij. Maar niet natuurlijk die brug om op te dansen en de iconen van het Petit Palais in Avignon. Een ander verhaal. Tot volgende week.

TOOS

Twee koppen, één boek, drie versies


De kop is eraf. Zo heet dat dan. Twee koppen zelfs. Figuurlijk gesproken natuurlijk. Hier wat illustraties van kop één.

affiche bij de expositie in galerie Quadrige
bezoekers bij de opening van de expositie

De start van mijn expositie in Galerie Quadrige in Nice op vrijdag 20 oktober (zie blog van vorige week) en de publicatie van mijn livre d’art ‘Toos van HOLSTEIN, L’Art au Carré’. Dat kon verschijnen dankzij onderstaande vier personen.

Van links naar rechts galerist/uitgever Jean-Paul Aureglia, mijn persoontje en de betrokken schrijvers. Levensgezel, niet geheel en al onbekend voor TOOS&ART-lezers, en Raphaël Monticelli, aan de Côte d’Azur en ruim daaromheen bekend als publicist-schrijver-dichter.

in gesprek met Raphaël bij een schilderij dat nog wel een rol zal gaan spelen in ‘TOOS&ART’

Ter illustratie even een heel klein, vertaald stukje van hem uit zijn veel, veel langere Franstalige bijdrage. Met teksten daarin over ‘Steden’, ‘Aanwezigheid’, ‘Literatuur en personages’, ‘Titels’ en nog een en ander. Voor dit stukje vond Raphaël inspiratie in een paar van mijn muziekschilderijen.

Muziek… Opera, wereldmuziek, blues en rock, tussen saxofoon en gitaar, is de wereld van Toos een muzikale wereld waarvan schilderkunst een visueel equivalent is. Muziek die de ruimte vergroot, die alle emoties uitdrukt, die vage figuren transformeert… “Uw ziel – zei de dichter – is een gekozen landschap / dat maskers en dans betovert…”

Alles zou er spreken

In het geheim tot de ziel

Haar zoete moedertaal

Die twee schilderijen hangen nu vanzelfsprekend op de expositie. In de achterruimte van de galerie, daar waar mijn boek fysiek is ontstaan. Daar waar de kasten met letterbakken staan waaruit Jean-Paul de losse loden letters plukte en regel voor regel de pagina’s met de hand zette. Om ze daarna met zijn handpers op papier zichtbaar te maken, draaiend aan het grote wiel.

Even terzijde, heel anders dan het taalgebruik van Raphaël is dat in het interview van de Nederlandse consul in Nice, Willem-Hein Couwenberg, met mij. Een interview voor de rubriek ‘La Vie Professionelle’ in het Magazine van de Nederlandse Club aan de Côte d’Azur. Absoluut zakelijker dus dan de kunstzinnige insteek van Raphaël. Of de tekst ervan hieronder leesbaar is? Dat betwijfel ik. Maar dit interview komt de komende tijd vast nog wel eens ter sprake.

Nu nog kop twee. Wat die wel mag zijn? Natuurlijk die van de opening van mijn huisexpositie ‘Porte Ouverte’ in mijn Niçoise atelier/appartement op zaterdag 21 oktober.

Een tentoonstelling waar, na de nodige poets, schuif en opruimwerkzaamheden plus het timmeren van extra spijkers in de muren, alle kunstwerken mooi tot hun recht komen. Vind ik zelf ten minste.

een paar foto’s van mijn thuisexpositie in Nice
hier ook nog even de grote muurschildering die ik een paar jaar geleden maakte

Dat ik daarbij in mijn atelier een grote tafel heb ingeruimd voor HET BOEK en de bijbehorende steendrukken? Ja, allicht! Alhoewel, HET BOEK? Eigenlijk zijn het drie verschillende versies voor drie verschillende prijzen.

enige tekstbladen en de steendrukken in het boek
de drie verschillende versies

Maar dat is een ander, ingewikkeld verhaal dat er voorlopig nog even niet komt. Net zoals de presentatie van dat boek in Nederland. Dat heeft weer te maken met een reeks exposities waarmee ik al druk bezig ben. Exposities onder de noemer ‘Coloured Black’ die pas tweede helft volgend jaar starten. Met kunstwerken die hun oorsprong vinden in de ideeën en de opzet voor mijn livre d’art en de bijbehorende steendrukken.

een van de steendrukken

Wat dan overigens niet betekent dat, als ik weer terug ben in Middelburg en je uitdrukkelijk nieuwsgierig bent naar mijn ‘Toos van HOLSTEIN, L’Art au Carré’, ik het niet tevoorschijn wil halen. Want daarvoor ben ik er natuurlijk veel te trots op. Tot volgende week.

TOOS

Geen ReisKunst-verhaal maar een verhaal over Kunst-op-Reis met nr.18 van KvhJ24


Beetje raar, die titel? Ongetwijfeld. Maar toch goed uit te leggen. Want vorige week donderdag verscheen hier nog een ReisKunst-verhaal over De Leergierige Chinese bij de Gaslamp. Maar op die donderdag was ik ook zelf op reis. Op weg naar de Côte d’Azur, naar Nice. In m’n Citroën Berlingo busje vol met kunst. Bedoeld voor twee verschillende maar wel aan elkaar gekoppelde exposities. Een dubbel-expositie zogezegd. In juni stipte ik die al eens aan. Net zoals in onderstaande advertentie die recent verscheen in de herfstnummers van twee Nederlandstalige magazines in de Provence.

Een dubbel-advertentie zogezegd. In het blad van de ANM (Association Néerlandaise du Midi) en het blad van De Nederlandse Club Côte d’Azur. Met ook maar mooi in beide glossy magazines nog twee verschillende interviews.

artikel in het magazine van de ANM

Hoe dat allemaal in elkaar steekt? Vorig jaar ontstonden bij mij en Jean-Paul Aureglia, eigenaar van Galerie Quadrige/Maison d’édition La Diane Française, twee ideetjes.

Ideetje één: de koppeling van een expositie aan een over mij uit te geven boek in de serie ‘L’Art au Carré’. Een speciale serie kunstboeken, livres d’art (altijd oplage 110), met daarin altijd twee artikelen over de betreffende kunstenaar, ouderwets handmatig gezet en gedraaid op Jean-Paul’s pers. En ook altijd geïllustreerd met acht multiples. In mijn geval steendrukken, gecreëerd in het steendrukatelier van Hans van Dijck in Antwerpen.

in het steendrukatelier van Hans van Dijck werkend aan de steendrukken voor mijn L’Art au Carré

Ideetje twee: als aanvulling, parallel aan expositie en publicatie in de galerie, een tentoonstelling in mijn atelier/appartement in Nice. Zodat liefhebbers op twee plekken mijn kunstwerken konden komen bekijken. Spannend! Want zo’n thuisexpositie in Nice had ik nog nooit gedaan. Een nieuw kunstavontuur!

Nou, dat boek wordt juist vandaag 19 oktober, toevallig gelijktijdig met het verschijnen van dit blog, voor het eerst den volke getoond. Een blogverhaal waardig, dat boek, maar dat komt dus nog.

de aankondiging in het jaarlijks Le Journal van Quadrige

Net zoals het verhaal over mijn Porte Ouverte expositie, waarbij ik zaterdag 21 oktober de eerste bezoekers hoop te ontvangen in mijn eigenste Palais de Venise. Nou ja, in dat kleine stukje dan daarvan dat ik bezit. Een prachtig gebouw dat al sinds 1908 letterlijk staat te pronken in het stralende licht van de Cöte d’Azur. Maar dat sinds een paar jaar ook nog eens figuurlijk doet op de Werelderfgoedlijst van de Unesco.

Palais de Venise in de herfstzon

De afgelopen tijd moest er dus flink worden ingericht. Door Jean-Paul in zijn galerie, waar ik de voor hem bedoelde portie aan schilderijen een aantal dagen geleden al afleverde. En door levensgezel en mij natuurlijk in Palais de Venise.

hal van het Palais de Venise
levensgezel en ik bezig met inrichten in mijn atelier/appartement
de etalage van de galerie is in ieder geval al in orde

Dus tussendoor even genieten van de Niçoise zon op een terras hier om de hoek op de Place Charles de Gaulle kon absoluut geen kwaad.

Dat genieten hadden we overigens onderweg van Middelburg naar Nice ook al wel gedaan. Met een tweenachts verblijf in een oude stad. Waar men volgens al zeer oude muzikale overlevering blijkbaar graag danst op een deels verdwenen brug en waar zich ook het grootste gotische gebouw uit de middeleeuwen bevindt. Maar dat wordt een ander verhaal.

ik denk dat er wel achter is te komen waar dit is

Oh ja, en dan nog dat ‘nr.18 van KvhJ24’. Simple comme bonjour, om in Franse sferen te blijven.

1 Juli: de 90 genomineerden voor de verkiezing van Kunstenaar van het Jaar 2024 worden bekend gemaakt. Met ook mijn naam opnieuw daarbij. Daarna mocht het publiek via internet uitmaken welke 20 daarvan zouden overblijven.

15 September: ik krijg een mailtje dat ik bij die 20 ben verkozen. Maar waar ik uiteindelijk zou eindigen? Dat ging het ongeveer 100 man en vrouw sterke kunstpanel bepalen dat in de tussentijd ook nog 5 wildcards had toegevoegd. Uit die 25 namen gingen ze de laatste 8 uit de hogehoed toveren.

1 Oktober: die 8 kunstenaars voor de slotronde worden bekend gemaakt en de keuzevolgorde van de rest. Mij hadden ze, na plek 24 vorig jaar, nu plek 18 toebedeeld. Een positie waar ik heel blij mee ben. Sowieso de eerste Zeeuwse kunstenaar op de lijst en ook nog eens diverse zeer bekende en wereldwijd gerenommeerde kunstenaars na mij. Niet slecht, zogezegd!

Hierbij dan ook mijn grote dank aan iedereen die op me heeft gestemd en daarmee dit mooie resultaat heeft mogelijk gemaakt. Tot volgende week.

TOOS

Spreidstand tussen  ‘Arsenale delle Culture’ in Perugia en ‘Levend Erfgoed’ in Middelburg


Nog met één been in het Italiaanse Perugia maar met het andere al in mijn Zeeuwse woonstad  Middelburg. Best een spreidstandje.

Vorige week berichtte ik over mijn aanwezigheid in Perugia. Waar de onderdelen van mijn installatie ‘Arsenale delle Culture’ lagen te wachten om tot een geheel gesmeed te worden. Toen kon ik er nog niks van laten zien. Nu wel.

over hoogteverschillen gesproken in Perugia: 3 van deze roltrappen om in de Rocca Paolina te komen en daarna nog één om het oude centrum te bereiken
na de 3e roltrap de opgang naar de ondergrondse Rocca Paolina
fascinerend toch, dat bouwsel van de Rocca?

Maar waar ik nu weer weinig van kan laten zien, is hoe de diverse etages van mijn pakhuis/atelier/woonhuis ‘Holstein’ in Middelburg er volgende week 9 september uit gaat zien.  Dan doe ik namelijk, als één van de zeldzame partikuliere deelnemers, mee aan onze nationale Open Monumentendag. Maar eerst Perugia.

Ene been: installatie ‘Arsenale delle Culture’

deel van de zaal voor de Nederlandse kunstenaars met achter midden ‘mijn’ nis
mijn spullen uitgestald

Achter die naam zit natuurlijk een idee, een gedachte. Een concept zo je wilt. Dat ik al op schrift had verwoord voor de organisatoren van de expositie ‘Oltre i confini’ (Buiten de grenzen). In officiële kunsttaal, dat spreekt voor zich. Want als kunstenaar moet je die ook beheersen. ’t Moet natuurlijk wel een beetje gewichtig klinken, wil het zwaarte meekrijgen. Lees maar. Ter verluchtiging en verlichting strooi ik er wat plaatjes tussendoor.

levensgezel bezig om de centrale banner van ‘Arsenale delle Culture’ op te hangen
rechts een al vroeg aanwezige Italiaanse fan en links Wilma Impelmans van Galerie Imspa uit Ridderkerk, die samen met haar man Martin zorg draagt voor het Nederlandse aandeel

“Beyond the borders”, dat uitgangspunt van deze expositie vormgeven in een installatie leek Toos van Holstein een prachtige uitdaging. Want spelen grenzen in het politieke discours tegenwoordig niet een extra grote rol? In een zich steeds verder ontwikkelende  Europese Unie waarin landsgrenzen vervagen en waarbij bestuurders en inwoners zich committeren aan een gigantisch internationaal proces dat zijn weerga niet kent? Een blijvende samenwerking tot stand brengen tussen landen met een grote diversiteit aan culturen, culturen die zich eeuwenlang allemaal langs hun eigen weg hebben ontwikkeld.

Alice krijgt haar plaats te midden van het Europese Wonderland

Als mens en als kunstenaar slaat Toos van Holstein dat proces  gade maar staat ze er ook middenin. Als het nieuwsgierige kleine meisje dat ze ooit was, maar dat nog steeds in haar zit omdat ze het altijd is blijven koesteren. Eigenlijk net als die wereldwijd bekende  Alice in Wonderland staat Toos midden in haar eigen Wonderland. Als een Alice die al die oude Europese culturen absorbeert maar te gelijkertijd de nieuwe ontwikkelingen niet schuwt. Een Alice die zich voor deze installatie ‘Arsenale delle Culture’ onder andere liet inspireren door de cultuur uit het Noorden en het Zuiden. Door de eeuwenoude mythen en sagen van de noordelijke Edda, te beschouwen als de tegenhanger van de Griekse mythologie, en door de ook al heel oude maar opnieuw populair geworden pelgrimage naar het zuidelijke Santiago de Compostella. De pelgrimage die er in de middeleeuwen  voor zorgde dat zich een uitgebreide infrastructuur ontwikkelde die Europa van noord tot zuid langs vele wegen met elkaar verbond.

met rondom Alice 12 keramische borden van Rampini Ceramiche d’Arte uit Gubbio als symbool voor de 12 sterren in de vlag van de EU
Nederlandse vrienden die vanuit hun Italiaanse verblijfplaats met de trein naar Perugia kwamen om de opbouw mee te maken
klaar, met rechts de schilderijen gebaseerd op de Edda en links die geïnspireerd door de pelgrimage naar Santiago de Compostella

Toos van Holstein verbindt in ‘Arsenale delle Culture’ al deze oude cultuurelementen met ons moderne Europa. Het Europa van de EU, het Europa van die verscheidenheid aan culturen, dat door internationale ontmoetingen, door veeltalige communicatie, door het creëren van bruggen en door het aanmoedigen van grensoverstijgende solidariteit een weg is ingeslagen waarvan deze kunstmanifestatie ‘Beyond the Borders’ een veelzeggende uiting is.

gedeeltelijk overzicht van de nu geheel ingerichte Nederlandse zaal
en dat er aan de vooravond van de officiële opening een maaltijd was met organisatoren en deelnemers spreekt voor zich

Andere been: ‘Levend Erfgoed’ op Korendijk 56 bij Open Monumentendag 9 september

Lang voordat ik in 1999 mijn pakhuis in Middelburg kocht, zag ’t er uit als op bovenstaande foto. Een plaatje dat ik ergens in het Zeeuws Archief vond. Toen ik het kocht was er trouwens niets veranderd. Bij de achterkant zal dat niet anders zijn geweest. Overal veel dichte luiken en maar enkele ramen. En ontzettend veel troep binnen.

de achterkant in 1999
de gigantische zooi op de 1e etage

Dat is bij de verbouwing en restauratie in 2021/22 wel een tikje veranderd. De desbetreffende ambtenaar is bij de eindkeuring de deur uitgegaan met de woorden “Ik heb hier in Middelburg zelden een rijksmonument gezien dat zo mooi verbouwd is als dit”. Laat ik het daar nou helemaal mee eens zijn!

pakhuis ‘Holstein’ nu
interieurfoto’s

Vandaar dat ik dit ook af en toe wil tonen op de 2e zaterdag van september, altijd de nationale Open Monumentendag. Door niet alleen de grote glazen deuren van mijn atelier op de begane open te zetten, maar ook die naar boven. Naar 1e en 2e etage. Welkom dus op 9 september van 10-17 uur aan de Korendijk 56.

 Ik zorg wel dat er de hele dag door genoeg koffie, thee en andere feestelijke drinkbare waar voorradig is. Tot volgende week.

TOOS

Een Kleine Kijk in de Toosiaanse Kunst-Keuken


Regeren is vooruitzien. Best een kunst als je naar de praktijk kijkt. Maar kunst creëren en presenteren is ook zo’n zaak van vooruitzien en daarmee dus ook een kunst. Oordeel zelf bij dit inkijkje in mijn eigenste Kunst-Keuken.

Begin mei, op weg naar mijn keramiekavontuur in Gubbio, deed ik in La Douce France niet alleen Fayence aan voor de Jardin de Sculpture, maar natuurlijk ook mijn atelier/appartement in Nice. ik had iets af te geven aan Jean-Paul Aureglia, mijn galerist van Galerie Quadrige/Uitgeverij La Diane Française.

in de galerie in Nice

Acht steendrukken in een oplage van 150 elk en nog wat tekeningen. Voor het nieuwe livre d’art dat hij uitgeeft over mij en mijn kunst en de daarmee samenhangende expositie komende oktober/november. Die kant en klare en keurig ingepakte steendrukken had ik dan weer net zo’n anderhalve week daarvoor kunnen afhalen in Antwerpen bij mijn meestersteendrukker Hans Van Dijck. Met het idee van dat livre d’art en de organisatie er omheen ben ik al ruim anderhalf jaar bezig. Vooruitzien, weet je wel.

Jean-Paul blij met zijn steendrukken en tekeningen van mij
ik een paar weken eerder blij met mijn steendrukken in het steendrukatelier van Hans Van Dijck in Antwerpen
ene kant van de flyer

Maar die expositie bij Quadrige laten Jean-Paul en ik parallel lopen met een paar Open Deur (Porte Ouverte) weekeinden in mijn eigen Niçoise atelier. Dus overhandigde ik Jean-Paul gelijk ook maar een stapeltje flyers waarin beide tentoonstellingen staan aangekondigd. Gezamenlijk in de bus blazen kan een mooie kruisbestuiving opleveren. Beetje rare formulering trouwens als je die letterlijk zou nemen. Dat gezamenlijk blazen kan natuurlijk alleen plaatsvinden door ………. Inderdaad!

andere kant van de flyer

Een paar dagen later aangekomen in Gubbio in La Bella Italia ben ik natuurlijk gelijk begonnen aan mijn nieuwe reeks UOVO’s. Maar met al wel in mijn achterhoofd een volgend Quadrige-kunstavontuur. Iets met keramiek en Sint Franciscus van Assisi in combinatie met de Grote Boze Wolf van Gubbio.

De komende paar jaar wordt er namelijk door het Vaticaan veel aandacht gegeven aan deze voor de katholieke kerk zo belangrijke heilige. Die ook nog eens een keertje heel goed overweg kon met dieren en zelfs met hun kon praten. Ik was daar niet bij dus dat laat ik maar even voor wat ’t is. En dat verhaal van die Grote Boze Wolf die een Vriendelijke Wolf werd, zit in de blogplanning.

een oude afbeelding bij het verhaal van Sint Franciscus en de wolf

Hoe dan ook, Jean-Paul had me gevraagd of ik twee beschilderde dunne keramiekplaten kon maken, gebaseerd op dat wolfverhaal. Bij wederzijdse instemming zou ik die dan volgend jaar elk in 50-voud moeten maken voor een nieuw livre d’art over dat Franciscus-wolf-gebeuren, geïllustreerd met die keramiek van mij. Leuke uitdaging! Dat idee dus uit mijn achterhoofd naar voren gehaald en de resultaten op terugweg naar Nederland in Nice aan Jean-Paul  getoond.

in Gubbio bezig met het uitwerken van een paar ideeën voor de keramische afbeeldingen bij een nieuw livre d’art van Galerie Quadrige/ uitgeverij La Diane Française

Gevolg? Volgend jaar opnieuw naar Gubbio. Geen straf natuurlijk. Maar wel ……… Juist, ja. Wordt vervolgd.

In Nice wachtten me trouwens ook nog twee interviews. In de bus blazen, weet je wel. Er wonen namelijk flink wat Nederlanders in Zuid-Frankrijk. Waarvan velen dan weer lid zijn van twee verschillende Nederlandse clubs. Één voor de Côte d’Azur, De Nederlandse Club DNC, en één voor de Var, de Association Néerlandaise du Midi ANM . Met ook elk hun eigen prachtige kwartaal-magazine. Attentie daarin voor mijn tentoonstellingen in oktober/november in Nice kan natuurlijk absoluut geen kwaad.

interview met consul Willem-Hein Couwenberg voor het Holland Côte d’Azur Magazine

Dus even uitrusten daar in Nice? Nee! Direct maandag na terugkomst uit Gubbio dat wolf-overleg met Jean-Paul. Dinsdag in Vence een interview met de Nederlandse consul Willem-Hein Couwenberg die ook schrijft voor het Holland Côte d’Azur Magazine. En woensdag in Brignoles het tweede interview met Olga Stulemeijer die voor het ANM Magazine de kunst behartigt. Dat alles ruim van te voren gepland natuurlijk.

interviewer Olga Stulemeijer van het ANM Magazine maakt na afloop nog een foto van mij

Net zoals op donderdag een bezoek in Barjac , in de Ardèche. Voor een, zo bleek, overweldigende kunstervaring. Maar dat wordt binnenkort een ander verhaal.

al vast een klein voorproefje van dat andere verhaal

Uiteindelijk na bijna zeven weken terug van weggeweest in Middelburg, kon ik gelijk aan de slag voor ‘Perugia’. Voor mijn kunstinstallatie ‘Arsenale delle Culture’ als onderdeel van de kunstmanifestatie ‘Beyond the Borders’ in Rocca Paolina. Een heel groot, inwendig in rotsen uitgehouwen eeuwenoud fort. De rotsen met daar bovenop het middeleeuwse Perugia. De hoofdstad van Umbrië, zo’n 40 km westelijk van mijn dierbare Gubbio.

een heel klein stukje van dat Rocca Paolina

Die manifestatie start eind augustus, maar eind juni moet ik al wel een en ander aan fotomateriaal en tekst hebben doorgeseind voor de catalogus. Wat ik eind april al wist. Druk in mijn hoofd en mijn KunstKeuken? Ach, regeren is ……….! En dat Perugia wordt vast weer een ander verhaal.

Oh ja, vergeet ’t niet, komende zondag 2 juli de UOVO Primeur in mijn atelier aan de Korendijk 56.

een klein detail van een van mijn nieuwe UOVA’s

Tot dan of tot volgende week.

TOOS

De UOVO Primeur valt dit jaar op zondag 2 juli


Jonkies zegt ’t waarschijnlijk niet zoveel, maar de niet-jonkies zou ’t best wel eens bekend kunnen voorkomen. De marketinghype die alweer wat decennia geleden elk jaar werd gecreëerd rond de Beaujolais Primeur. De nog jonge wijn uit de Beaujolais-streek die altijd werd ‘vrijgegeven’ in de slijterijen op de derde donderdag van november. Dan móést je erbij zijn om die te proeven en te beoordelen. Nu is ie wel weggestorven, die hype.

detail van één van de UOVO’s

Maar toen ik zo’n tien dagen geleden mijn UOVO’s aan het uitpakken was, welde ’t plots in me op. “Ik maak er dit jaar een UOVO Primeur van op zondag 2 juli. De eerste zondag van de maand, dus ook Kunst&Cultuurroute in Middelburg. En in mijn atelier kunnen de bezoekers dan mooi voor het eerst ‘proeven’ van mijn nieuwe reeks UOVO’s”.  Mis ‘m dus niet, de UOVO Primeur van dit jaar.

de UOVO Primeur in het beginstadium

Wie via dit blog de laatste tijd mijn keramiekavonturen in het Italiaanse Gubbio heeft gevolgd, weet ervan, van  die UOVO’s. Met de hand beschilderde keramische ei-objecten van eigen ontwerp (uovo is Italiaans voor ei). Bijvoorbeeld hier en hier kun je je kennis nog ophalen of bijspijkeren.

Dan lees je dat ik een aantal weken geleden nog behoorlijk in de stress zat. Slecht weer, koud en nat. De UOVO’s, nog wat vochtig omdat ik er dan in kon krassen en snijden, droogden daarna uit zichzelf voor geen meter.  En dat was toch echt nodig voordat ze voor een eerste keer de oven in moesten. Zou ik mijn nieuwe reeks keramiek beschilderd en wel op tijd in de oven kunnen krijgen en er ook nog op tijd weer uit? ’t Werd in elk geval flink doorpezen, daar in het atelier van Rampini Ceramiche d’Arte. Maar met de logistieke ovenkennis van Giulia  Rampini kwam alles uiteindelijk nog net op z’n pootjes terecht.

warm uit de oven maar wel heel nieuwsgierig naar het resultaat
met Giulia bij een paar van de resultaten van de UOVO Primeur, net uit de oven

Ik moest namelijk op zondag 4 juni vanuit Gubbio absoluut richting Nice. Er stonden daar op maandag en dinsdag al heel lang kunstafspraken gepland die niet konden worden verzet. Maar dat wordt binnenkort wel een ander verhaal. Dus hoewel krap, ’t lukte allemaal.

Zaterdagmorgen: de UOVO’s, plus nog andere keramiek die ik tussendoor had beschilderd,zorgvuldig en stevig  inpakken. Zaterdagmiddag: de auto zorgvuldig en stevig inladen. Zaterdagavond: een laatste campari-spritz op, ter plaatsbepaling voor de lezer, ons lievelingsterras bij Bar-Pizzeria San Martino op de Piazza Giordano Bruno tegenover de Chiesa di San Domenico. 

inladen op het parkeerterrein van het atelier
de voorlopig laatste spritzen bij Bar-Pizzeria San Martino in Gubbio

En zondagmorgen? Levensgezel gaf gas. In de hoop dat alle keramiek heel zou overkomen. Want dat tweemaal ‘zorgvuldig en stevig’ van hierboven staat er niet zomaar. De Italiaanse autostrada is in het algemeen goed onderhouden. Maar het wegdek van de rest van de wegen?  Goed voor zeer veel onaangename verrassingen in de vorm van scheuren, gaten, valkuilen en andersoortige onhebbelijkheden. ’t Liefst natuurlijk daar waar je er net even niet op rekent. Niet echt bevorderlijk voor het welzijn van breekbare keramiek.

Dus toen we een aantal dagen later uiteindelijk in Middelburg alles konden uitladen, was ik natuurlijk heel erg nieuwsgierig naar de overlevingstoestand van mijn UOVO’s. Maar wat bleek? De bumpvrije verpakkingen in de vele dozen hadden voor de volle 100 procent gewerkt.

uitladen bij mijn atelier in Middelburg
alles nog heel, ondanks de Italiaanse wegen

Nu staan ze dus te pronken in mijn atelier, die UOVO’s van verschillende formaten. Met daarbij ook die twee dinosaurus-uovo’s van elk een halve meter hoog. Daar ben ik extra trots op. Ik ga nu op foto’s niet te veel weggeven. Kom maar kijken op de Korendijk 56 op 2 juli (1-5 uur) in Atelier Holstein. Bij de UOVO Primeur van dit jaar.

Mocht dat niet lukken, dan staan ze er nog wel tot de volgende kunstroute op zondag 6 augustus. Of bij een eventuele afspraak tussendoor. Daarna volgt de rest van het land. Tot volgende week.

TOOS

De Associatieve Magie van Kunst


Kunst kan veel! Staan, liggen, hangen, plakken, enthousiasmeren, begeesteren, inspireren, associëren, beangstigen, en nog zowat. Maar via Niçoise associaties hou ik ’t vandaag bij staan en plakken.

Want hier in Nice, waar ik al weer een paar weken verkeer in mijn atelier secondaire (lees vorige week maar), zagen levensgezel en ik een dikke week geleden bovenstaande publiciteit voorbij schuiven. Op tram Ligne 1, gezeten op ‘ons’ koffieterras hier om de hoek aan de Avenue Malaussena met ook nog de dagelijkse markt voor de neus.

de prachtige, grote fontein op Place Massena

Hè, Nice kandidaat voor de verkiezing van Europese Culturele Hoofdstad 2028? Zoals Leeuwarden dat was in 2018? Maar nee, niet meer. Internet vertelde me na enig zoekwerk dat net een paar dagen eerder Nice was afgevallen in de Franse kunstrace. C’est la vie, jammer! Maar er blijft hier hoe dan ook genoeg over aan kunst.

Heb je er oog voor, en dat heb ik natuurlijk, dan loop je er hier in de openbare ruimte overal bijna letterlijk tegenaan. En dat zijn dan echt geen objecten van de minste kunstenaars. Want Nice heeft veel beroemde namen voortgebracht. Wat voorbeelden.

een hele grote duim van César bij het stadhuis van Nice
een sculptuur van Arman bij het het Palais des Congrès et des Expositions
beeld van Ernest Pignon-Ernest in de ondergrondse hal van halte Garibaldi van tram Ligne 2
beeld van Niki de Saint Phalle bij het beroemde Hotel Negresco
beeld van Maillol in een park in het centrum
sculptuur van Bernar Venet aan de Promenade des Anglais
beeldengroep van Jaume Plensa op Place Massena

Die César, Armand, Ernest Pignon Ernest, Maillol, Niki de Saint Phalle, Jaume Plensa en Bernar Venet zijn in de kunst en museumwereld allemaal internationaal bekend zo niet wereldberoemd. En dat Yves Klein, al lang dood, met zijn eigenste blauwe kleur in zijn eigenste stad Nice wordt geëerd, ligt allicht voor de hand.

ode aan het speciale blauw van Yves Klein in de onderdoorgang bij het treinstation

Maar mindere kunstgoden die ‘t puur nationaal goed doen, ontbreken ook niet.

sculptuur bij de eindhalte van tram Ligne 2 bij de haven van Nice
ergens in een stadspark
in de openbaar toegankelijke beeldentuin achter het museum Mamac

Nice heeft daardoor, in combinatie met de heerlijk kleurrijke en barokke zuidelijke architectuur, ontegenzeggelijk grandeur. En dat voor een stad die qua inwoneraantal te vergelijken is met Utrecht! Sorry Utrechtenaren, maar Nice heeft nu eenmaal mijn hart gestolen!

En loop ik dan als Niçoise ingeschrevene met mijn gratis ‘Pass Musées de Nice’ zomaar even het Mamac binnen, dan kom ik veel van die kunstenaars opnieuw tegen. Want in dat ‘Musée d’Art Moderne et d’Art Contemporain’ (het Museum voor Moderne en Hedendaagse Kunst) hebben ze een prachtige collectie.

Yves Klein in het Mamac
Arman in het Mamac
Niki de Saint Phalle in het Mamac

Nu even terug naar dat associëren. Want hoe zit ’t eigenlijk met dat plakken van hierboven. Dat heeft te maken met de foto hieronder. Ook van een dikke week geleden.

een dikke week geleden in het Mamac

Met daarop een collage van losgelaten en afgerukte straataffiches uit 1959 van een kunstenaar met de jaloers makende naam Jacques Mahé de la Villègle (1926-2022). Allicht hoort daar een lange filosofische en diepzinnige uitleg bij, maar die bespaar ik je. Mij gaat ’t om de bij mij door zijn werk opgewekte associatie ‘maar op die manier is mijn atelier secundaire in Nice ook een museum.

één van de affichemuren in de keuken in Nice

Want wat doe ik ook al jaren à la die Jacques? Heel stiekem her en der in allerlei steden, loerend rondkijkend of ik niet wordt betrapt, opgeplakte straataffiches net iets losser trekken dan ze al zijn, ze opvouwen of rollen, ze in mijn tas verbergen of ’t liefst nog in die van levensgezel, en ze dan in Nice of in Middelburg weer opplakken. Affiches die voor mij iets speciaals vertegenwoordigen. Een gevoel, een jaartal, een gebeurtenis.

Wel combineer ik ze dan met de door de jaren heen gedrukte affiches van mijn eigen exposities.  Want, laat ik dat gelijk maar toegeven, enige kunstijdelheid is me natuurlijk niet vreemd. In mijn keuken en wc hier in Nice kan ik me, omringd met diverse beplakte muren, rustig in het Mamac wanen.

een andere keukenmuur
in de wc

Zo is er net nog weer een nieuwe aanwinst bijgekomen. Maar dat verhaal komt nog wel.

een paar dagen geleden de nieuwe aanwinst in de keuken

In de slaapkamer heb ik maar geen affichemuur gemaakt. Want buitenmuurkunst mag dan tegenwoordig helemaal in zijn, een aantal jaren geleden heb ik binnensmuurs boven het bed al vorm gegeven aan een moderne stad bij nacht. Normaal wat minder gebruikte spieren in mijn lichaam hebben toen bij die vele vierkante meters wel behoorlijk geprotesteerd tegen die activiteit, maar ‘t is gelukt.

mijn eigen slaapkamer ‘mural’

En als ik nu in mijn eigen museum ‘s avonds de oogjes sluit, doven ook de lichtjes in die wolkenkrabbende stad. Tot volgende week.

TOOS

De Zegetocht van De Vaandeldrager


’t Kost wat, maar dan heb je ook iets. Een uitdrukking die, kort samengevat, het antwoord was toen er in 1997 moord en brand werd geschreeuwd bij de aankoop van de ‘Victory Boogie Woogie’. 82 Miljoen harde guldens voor Mondriaans laatste, nog onaffe werk. Maar de rust keerde weer.

Victory Boogie Woogie van Mondriaan, enkele jaren geleden bij een expositie over hem in het Kunstmuseum Den Haag

 Idem dito bij Rembrandts tweeluik ‘Marten en Oopjen’ toen de regeringen van Frankrijk en Nederland gezamenlijk 160 miljoen neerlegden. Nu in eurootjes.

‘Marten en Oopjen’ van Rembrandt, in november 2019 tijdens de expositie ‘Rembrandt-Velazquez’ in het Rijksmuseum

Dus kon je ’t al helemaal uittekenen bij het ophoesten begin 2022 van de €175.000.000 voor ‘De Vaandeldrager’, ook al van Rembrandt. Maar daar kon ie wel tegen, die stevige kerel met Rembrandts eigen trekken die je al sinds 1636 zelfbewust aankijkt.

deel van ‘De Vaandeldrager’

Natuurlijk is ’t bizar dat dit soort gigantische bedragen moet worden betaald voor doeken met wat verf. En zowel bij ‘De Vaandeldrager’ als bij ‘Marten en Oopjen’ ook nog aan een toch al stinkend rijke familie als de Rothschildt’s. Maar ja, als ’t om ‘namen’ gaat, kent de internationale kunsthandel tegenwoordig nog wel veel grotere excessen. Daar staat dan weer tegenover dat ons nationaal cultureel erfgoed, ondanks al die ook steeds weer wegebbende heisa,  wel drie kunsticonen rijker werd.

 ‘De Vaandeldrager’ had trouwens nog een cadeautje in petto. Met vaandel en al doet hij in twaalf etappes een Ronde van Nederland. Twaalf keer staat hij voor ons een potje stoer te doen in elk van de twaalf provincies. Op dit moment in Zeeland. In het Zeeuws Museum in mijn eigen Middelburg.

publiciteitsbeeld van het Zeeuws Museum

Afgelopen zondagmorgen waren levensgezel en ik zelfs om 11 uur persoonlijk uitgenodigd om ‘m te komen aanschouwen. Cadeautje van de Vereniging Rembrandt. Die 25 van de 175 aankoopmiljoentjes heeft bijgedragen. Waarom die uitnodiging? We zijn beiden lid, hebben de Rembrandkaart op zak -een soort museumkaart- en worden daardoor regelmatig gefêteerd op plezante extraatjes. Ik schreef er bijvoorbeeld hier al eens eerder over.

Dat werd in het Zeeuws Museum dus eerst koffie en gebak, daarna een inleiding door museumdirecteur Marjan Ruiter en vervolgens een uitgebreide toelichting op het schilderij door een vertegenwoordigster van de vereniging. En toen, wel zonder vaandel , in optocht achter Marjan aan naar ‘HET SCHILDERIJ’.

Vooraf had ik zo mijn bedenkingen. Ik zag ‘De Vaandeldrager’ namelijk al eens eind 2019 bij ‘Rembrandt-Velazquez’ in het Rijksmuseum.

weer november 2019 toen ik ‘De Vaandeldrager’ even helemaal voor mezelf had in het Rijksmuseum

En nu werd hij, zo had de publiciteit al flink rond gebazuind, geshowd in een heel andere, zeer speciale setting. Opgebouwd uit oude verenigings en processievaandels, recente spandoeken van sociale protesten en nog zo een en ander van kunstenaars. Dat alles onder de titel protest processie parade. Met als achtergrond voor Rembrandts schilderij een muur beschilderd in regenboogkleuren, geïnspireerd op de LHBTQIA+ vlag. Oh jee, als dat maar goed ging! Voor jullie hierbij nog wat huiswerk: vlekkeloos die rij letters uit je hoofd leren en zonder gestamel opnoemen waar ze voor staan! Altijd goed voor een identiteitsdiscussie.

de zaal waar ‘De Vaandeldrager’ hangt, verscholen achteraan
zo piepte ie te voorschijn

Maar mijn bedenkingen verdwenen subiet. Na je inderdaad eerst een weg te hebben gebaand door een kleurrijk banieren, vlaggen en doekenwoud piepte ‘De Vaandeldrager’ te voorschijn. Met zijn eigen ingehouden kleuren tegen die regenboogachtergrond. Maar die uitzonderlijke ambiance werkt wonderwel.

Dus daar stond ie dan, de man van 175 miljoen! In z’n klimaatklever en protestplakkervrije kast. Een loodzwaar ding met kogelbestendig glas en eigen klimaatregeling. Want bij die Ronde van Nederland laat je voor zo’n kostbaar figuur natuurlijk niets aan het toeval over.

en weer had ik hem even helemaal voor mijzelf
even in gesprek met directeur Marjan Ruiter, net achter mij
nog een onderdeel van protest processie parade

Mocht je in de periode tot 28 februari nog een kaartje kunnen bemachtigen in één van de tijdsloten, doen! Dan kun je gelijk speuren naar het vaandel met de tekst ‘Fund Living Artists’ (Steun Levende Kunstenaars). Want had juist in de tijd van de aankoop corona niet de hele cultuursector letterlijk en financieel plat gelegd? Met alle gevolgen van dien voor degenen die daarin hun geld verdienden? Gevolgen die nog steeds sterk merkbaar zijn.

Oh ja, en dan nog even Charley Toorop als een soort running gag. Ik kan ’t niet laten! Haar naam dook al diverse keren op in mijn laatste blogs van januari (hier en hier). Over vrouwen in de kunst. Vandaar een bijna letterlijk huppeltje toen ik die zondagmorgen goed gezelschap voor Rembrandt ontdekte. Want daar was ze in een andere zaal. Zomaar Charley! Het Zeeuws Museum doet mee in de vaart der vrouwelijke kunstenaars!

Charley Toorop, Landschap met korenschoven Zeeland (1933)

Nog meer weten over die stoere vaandeldrager? Laat je dan in 7 minuten via deze video helemaal bijpraten door Taco Dibbits, directeur van het Rijksmuseum.

Tot volgende week.

TOOS

Kunststad Middelburg en Pakhuis Holstein bruisen weer


voorkant brochure 2023

Gratis reclame, wie wil dat niet! Dit wordt dus geen zogenaamde advertorial, geen gesponsorde advertentie.  Maar wel helemaal gratis en voor niks reclame voor mijn prachtige oude stad Middelburg. Á titre personel, op persoonlijke titel. Want laten we wel wezen, wie voor ’t eerst in Middelburg rondloopt staat altijd verbaasd over de eeuwenoude grandeur. En welke stad in Nederland heeft een kunstroute die 11x per jaar plaatsvindt, al vele jaren lang? De Kunst & Cultuurroute Middelburg (klik maar op de link) die op 4/5 februari weer los gaat van 1-5 uur. Voor steden met ook zo’n route heb je echt de vijf vingers van één hand niet nodig.

Bellinkstraat met vlaggen van de routedeelnemers, op de achtergrond mijn pakhuis/atelier
kaart met routedeelnemers, af te drukken op de website en bij alle deelnemers verkrijgbaar

Maar ja, wat wil je! In de 17e eeuw na Amsterdam de belangrijkste stad voor de VOC. Met Jacob van Geel  en de broers Johannes en Abraham Bosschaert als belangrijke exponenten in de Gouden Eeuwse kunst. Met de beroemde kunstenaarsfamilie Koekoek die er in de 19e eeuw een nest had. Met door die lange historie een cultuurklimaat dat nog steeds trekt. Voorbeelden?

ingang van het Zeeuws Museum
nog eens die ingang en een deel van het Abdijplein
oude stadhuis van Middelburg met links de ingang van de Vleeshal

Ons eeuwen aan kunst bestrijkende Zeeuws Museum op het Abdijplein, één van de mooiste pleinen van Nederland. De internationaal bekende Vleeshal, centrum voor hedendaagse kunst. Te vinden in dat indrukwekkende 15e eeuwse gotische stadhuis aan de Markt. En natuurlijk de vele kunstenaars die er vandaag de dag hun plekkie hebben. Zoals ik. Met mijn 18e eeuwse pakhuis aan de Korendijk 56. Een rijksmonument dat ik, helemaal officieel met toestemming van alle bevoegde hotemetoten, ‘Holstein’ heb mogen noemen. Maar dat is een ander verhaal.  Het pand dus waarvan ik komende zaterdag en zondag 4/5 februari de atelierdeuren weer wijd open zet. Nou ja, wijd open? Figuurlijk gesproken dan. Energieprijzen, weet je wel!

wees welkom aan de Korendijk 56

Dat doe ik nu al voor het 22ste jaar. De kunstroute zelf voor de 24ste keer. Hé, 24? Dus volgend jaar? Inderdaad, goed gerekend, dat wordt een jubileumjaar! Met vanzelfsprekend een toekomstig blogverhaal. Maar terug naar nu.

Die eerste keer weer open in een nieuw jaar betekent drie dingen. Eerste ding: natuurlijk een officiële opening. Dit keer in die Vleeshal op zaterdagmorgen half elf al. We moeten natuurlijk wel op tijd terug zijn voor onze eigen ‘openstaande’ deuren. Tweede ding: bij die eerste keer in een nieuw kunstroutejaar gooien we er altijd gelijk maar een heel weekend tegenaan. In plaats van alleen die 1ste zondag van de maand in de rest van het jaar. Derde ding: Zeeuwse Gasten. As ’t effe kan nodigen we  in februari vakgenoten uit als exposerende gast in onze ateliers. Zeeuws, niet-Zeeuws, niet belangrijk, als ze maar zelf aanwezig zijn. Ik zocht ’t dit keer zelfs buiten onze landsgrenzen. Maar dan wel zonder aanwezigheid. Hoe dat zit?

Dat zit in de foto’s hierboven. Gemaakt in het steendrukatelier Multipels/Multiples van Hans Van Dijck in Antwerpen waar ik in januari zelf een soort Zeeuwse Gast was. Druk bezig met mijn Franse Carré-Project waarover ik hier al schreef . Teveel tijd en energie slurpend om een lijfelijk en met kunst aanwezige Zeeuwse Gast te regelen. Maar dan gaat ’t als bij Marten Toonder’s onsterfelijke stripkarakter Heer Bommel en zijn even onsterfelijke hulpkreet ‘Tom Poes, verzin een list’ aan zijn net zo onsterfelijke trouwe helper in nood. Alleen speelde ik nu beide rollen zelf. Ik had toch voor een ander project met mijn galerie Quadrige in Nice samengewerkt met meerdere kunstenaars? Het illustreren met multiples in beperkte oplage van de Ilias en de Odyssee van Homerus? Ook al zo’n onsterfelijk figuur? Eureka! Waarom zou ik die multiples van mijn Franse, Duitse, Italiaanse en Deense kunstbroeders  niet eens showen? Zo gedacht, zo uitgevoerd.

in mijn atelier te bezichtigen werk van kunstbroeders met wie ik samenwerk, hier van de Fransman PASO
van Duitser Eric Massholder
van Deen Jo Möller

Dus was ik de afgelopen dagen druk bezig mijn atelier weer eens uit en op te ruimen. Om het na twee maanden van langzaam ontstane georganiseerde chaos weer in te richten voor mijn openingsshow bij onze onvolprezen kunstroute.

de situatie vooraf
bezig met inrichten voor de Kunst & Cultuurroute Middelburg

Kom kijken. En maak ook een keus uit die meer dan dertig andere deelnemers van de route. Want natuurlijk teveel om allemaal in een keer te bezoeken. Maar loop dan gewoon delen van de route, ervaar op die afwijkende manier de historische grandeur van Middelburg, treedt binnen in oude panden waar dat anders niet mogelijk is, kom op nog zo’n 1ste zondag van de maand terug voor de rest en raak verliefd op Middelburg. Tot komend weekend. En voor dit blog, tot volgende week.

TOOS

Hoe in Nice een Carré, een Vierkant, net geen echt Vierkant is


in het midden, boven de heg, mijn atelier/appartement in het Palais Venise in Nice

Laatst vroeg iemand aan me “Toos, als je, zoals laatst, voor een flinke tijd in Nice zit, wat doe je daar dan allemaal”. Nou, vooral de accu met het opschrift ‘Creativiteit’ opladen door een beetje heremiet te spelen en daarbij heel veel ruizige ballast uit mijn hoofd te verwijderen. Gewoon mijn hoofd leeg maken, maar ook weer vullen met nieuwe ideeën. Met ter afwisseling van het kluizenaarsbestaan wel voedsel inslaan op de markt voor mijn deur en van tijd tot tijd uit eten te gaan met Franse en Nederlandse vrienden. ’t Is ten slotte wel Zuid-Frankrijk, hè! Dit keer liep er echter ook nog een speciale rode draad door het geheel. Overigens geen ronde maar een vierkante. En het begin van die draad ontstond in 2021 bij het samenzijn op onderstaande foto.

in Galerie Quadrige, Nice

Een samenzijn  met mijn galerist Jean-Paul Aureglia van Galerie Quadrige. Met allicht een drankje en een hapje. ’t Is wel Zuid-Frankrijk, hè! Jean-Paul publiceert naast veel magnifieke livres d’art ook een serie met de naam ‘L’art au carré‘. Kunstboeken in zeer beperkte oplage, gewijd aan maar één kunstenaar. Die speciaal voor zo’n Carré zowel originelen als multiples maakt, kunstwerken in kleine oplage. Zoals bijvoorbeeld steendrukken of etsen. Met daarnaast in dat Carré ook nog twee aparte beschouwingen van kunstcritici  over de kunstenaar.

achterin de galerie waar Jean-Paul met de hand de teksten zet van zijn uitgaven en die drukt op zijn handpers

Al pratend, drinkend en etend met elkaar kwam het idee naar voren om samen ook zo’n ‘L’art au carré‘ over mij te maken. Met daarin 8 steendrukken. Nou, dat leek me wel wat. Maar, zo waarschuwde Jean-Paul, ’t was wel een heel proces, hoor! Met ook veel overleg. Want wel Zuid-Frankrijk, hè!Een gezamenlijk project dus waarbij ik eerst een flink aantal voorbeeldschetsen moest maken waaruit hij dan voor het boek kon kiezen. Nou, Jean-Paul, pas de problème. En vertel me ook maar snel wanneer in 2023 de bijbehorende expositie plaatsvindt.

blad met schetsideetjes

Zo maakte ik eerst, in Middelburg nog, een aantal bladen met daarop allemaal vierkante schetsjes als ideetjes. Bovenstaand blad is daarvan een voorbeeld. Zo’n Carré heeft trouwens wel afmetingen van 25 bij 28 cm. Zodat de steendrukken en originelen ook die grootte moeten hebben. Dus echt vierkant, echt carré? Natuurlijk niet. Maar ja, ’t is natuurlijk wel Zuid-Frankrijk, hè!

screenshot van de Carré-pagina op de website van galerie Quadrige

Die schetsbladen gingen afgelopen oktober mee naar Nice. Waarbij ik heel nieuwsgierig was naar de voorkeuren van JP. Van te voren had levensgezel natuurlijk ook al zijn voorkeuren aangewezen. En wat bleek, heel frappant, JP was ‘t, zonder dat te weten, op één na helemaal met hem eens.

Die acht van JP ben ik in Nice dus, als originelen en voorbeelden voor de steendrukken, verder gaan uitwerken op het juiste net-niet-carré formaat. Met nog een aantal originelen erbij. Binnen de formule van het Carré dienen dat er namelijk 15 te zijn. Ziedaar dus die rode vierkante draad waarover ik hierboven schreef. Waarbij dan ook gelijk weer levensgezel in beeld komt.

Want die blijft bij zo’n langer verblijf van mij in Nice wel helemaal alleen zielig in z’n uppie in Nederland achter. Daarom stuur ik hem ter troost af en toe per post een kaartje. Geen gewoon ansichtkaartje natuurlijk. Nee, een echte originele tekening/aquarel van ansichtformaat. Hij bezit er al een hele verzameling van. Die gewoonte kon ik nu mooi gebruiken om te spelen met mijn ideeën voordat ik ze als onechte carré aan echt goed handgeschept papier toevertrouwde. Want reken maar dat in alle verkrijgbare soorten papier een gigantisch kwaliteitsverschil zit. Hier een voorbeeldje aan levensgezel.

kaartje zoals ik die wel aan levensgezel stuur over de post

En hier wat ik uiteindelijk als origineel creëerde voor JP.

het uiteindelijke origineel op Carré-formaat

Kun je je voorstellen dat ik heerlijk bezig ben geweest in Nice met al die tekeningen? Maar in de tussentijd was ik natuurlijk ook al bezig geweest om afspraken te maken met Hans Van Dijck, mijn steendrukker in Antwerpen (lees deze aflevering er nog maar eens op na). Vlak voor Sinterklaas heb ik in zijn atelier op een grote steen de eerste aanzet kunnen maken voor vier van de acht litho’s.

begin december bezig op de steen met de opzet voor 4 steendrukken die in één keer worden gedrukt en daarna uitgesneden

De eerste aanzet! Dus dit verhaal rond dat net niet vierkante Carré is nog lang niet rond. Oh ja, en die expositie rond mijn Carré staat gepland van 19 oktober tot 18 november 2023. Wel in Zuid-Frankrijk natuurlijk! Maar ongetwijfeld ook met een vervolg in Nederland. Tot volgende week.

TOOS

Komt dat zien op Open Monumentendag! Een eeuwenoud, uniek en kunstig pand


Middelburg in de 17e eeuw

Zaterdag 10 september is ’t weer, het grote monumentenfeest. Open Monumentendag door heel Nederland. Waarbij ook mijn grote deuren aan de Korendijk 56 in Middelburg wagenwijd open staan. Open Huis zogezegd.

Vandaar nu de vraag ‘hoeveel Nederlanders zouden er wonen in een Rijksmonument’? Vingers omhoog graag! Dat worden er aardig wat, schat ik zo in. Maar hoeveel daarvan blijven omhoog als ’t gaat om een eeuwenoud pakhuis? Kijk, daar zakken er al een flink aantal. En nu, hoeveel van die pakhuizen bevatten balken afkomstig van onttakelde schepen? Oeps. En van welke van die pakhuizen zijn de muren van de buren? Oei, oei, misschien nog een paar vingertjes die in de lucht priemen? Tot slot de hamvraag. Bij wie zat er op de plek van je pakhuis eerst een open haringpakkerij? Zou ik nu in heel Nederland als enige nog met mijn vinger omhoog zitten? Niet onmogelijk! Dus woon en werk ik dan in een volstrekt uniek pand in Nederland? Een boeiende vraag bij hoe dan ook een trots gevoel. Maar hoe zit ’t nou precies met die vragen hierboven?

links de Korendijk 56 in de jaren 60 (foto gevonden in de beeldbank van het Zeeuws Archief), rechts zoals ’t nu is

’t Is alweer en poos geleden dat ik voor het laatst meedeed met Open Monumentendag. Tijd dus voor een herstart. Mijn atelier op de begane grond is natuurlijk altijd al wel open op de eerste zondag van de maand bij de Middelburgse Kunst&Cultuurroute. Ik zie dan vaak mensen niet alleen naar mijn kunst kijken maar ook omhoog. Naar al die prachtige ouwe, overgedimensioneerde  pakhuisbalken. Maar de deur naar mijn woongedeelte blijft daarbij altijd dicht.

zoals het pakhuis was toen ik het kocht
een impressie van zoals ’t nu is

Komende 10 september dus niet. Je kunt zomaar doorlopen naar de 1e en 2e etage. Om de rest te aanschouwen, opnieuw met een aantal balken uit grote schepen. Schepen die al voor 1738, het bouwjaar van mijn pakhuis, onttakeld moeten zijn geweest. En waarvan de balken bij mij achter uit het water zijn gevist. Want niet voor niets heet het straatje achter mij nu Balkengat. Ooit lag daar de scheepswerf van de VOC en dreven er houten vlotten en balken in de grote plas die je op het schilderij hieronder ziet.

de werf van de VOC in 1778

Er is zelfs nog een foto van die situatie van voor 1898. Dat moet namelijk wel want toen werd een deel gedempt om het wijkje te bouwen dat er nu staat.

Maar hoe zit dat met die muren van de buren? Nou, ooit zat er een doorgang tussen wat nu de woonhuizen Korendijk 54 en 58 zijn. Daar zat, volgens de oude annalen, een haringpakkerij. Met waarschijnlijk wel een dak erboven maar verder open. Best handig natuurlijk, een beetje doorluchten bij al die haring kon geen kwaad. Tot die grond werd aangekocht door de MCC, de in 1720 opgerichte Middelburgsche Commercie Compagnie. Een soort tegenhanger en Middelburgse opvolger van de VOC, de Vereenigde Oostindische Compagnie. Die VOC van de werf bij het Balkengat.  

Ze hadden blijkbaar een pakhuis nodig aan de Korendijk. Koren dus. Want heette destijds de korenhandel in Nederland niet de moedernegotie? Maar dat is een ander verhaal. Dus wat was er makkelijker dan de buitenmuren van de twee huizen aan weerszijden te gebruiken om er vertikaal balken tegenaan te zetten. Met daarop horizontaal weer andere balken. Simpel toch?

nog een sfeerbeeld van het interieur

Tot ik het kocht, was het pakhuis ook alleen maar pakhuis geweest. Er was geen water, geen gas, geen elektriciteit maar wel die muren van de buren. Zo vertelde de kadasterregistratie. Met andere woorden, bij de restauratie hadden de buren eigenlijk voor elke spijker en schroef in hun muren toestemming moeten geven. Niet echt handig. Dat hebben we toen ook maar veranderd.

Nu staat er dat unieke pand waarover ik nog even één ding kwijt wil. Want in een Rijksmonument mag je natuurlijk niet zomaar je goddelijke gang gaan. Een daartoe bevoegde ambtenaar bewaakt het hele proces. In dit geval iemand wiens naam in Middelburg toch wel enigszins gevreesd werd. Bij de definitieve keuring hield ik mijn hart dus echt wel een behoorlijk beetje vast. Weet je hoe hij wegging? Met de opmerking dat hij zelden een pand had gezien dat zo prachtig was gerestaureerd. Daarop hebben levensgezel en ik toen ook maar gelijk geklonken.

Op 10 september kun je zijn opmerking komen controleren. Maar vanzelfsprekend ook overal mijn kunst bekijken. Het slaan van twee vliegen in één klap. Een derde vlieg daarbij is mijn nieuwste steendruk ‘City life’. Alleen deze maand voor een heel speciale prijs te koop

steendruk ‘City life’

. Lees mijn vorige blog maar. Tot volgende week.

TOOS

PS Afgelopen dinsdag zag ik op NPO 2 de eerste aflevering van ‘Krabbé zoekt Kahlo’. Over één van mijn vrouwelijke kunstenaarsiconen aan wie ik in dit blog al wel aandacht gaf. Beslist de moeite waard! Gewoon kijken de komende dinsdagavonden om 20.30 uur.

Hoe ‘City life’ tot leven kwam  òftewel een inflatie-onafhankelijke aanbieding


Noem het toeval, maar een klein beetje geholpen heb ik ’t dan toch wel. Zo start in september Grafiek2022, de 4e editie van de enige echte Nederlandse grafiektriënnale.  Met tot 30 november manifestaties door het hele land. Voor Zeeland wordt op zondag 4 september officieel het startschot ervan gegeven door onze onvolprezen Middelburgse Kunst&Cultuurroute.

Toen ik daarvan hoorde, was ik net bezig met de voorbereidingen voor een nieuwe steendruk waarvan ik de titel al had verzonnen: ‘City life’. Een dikke maand geleden schreef ik er hier al eens over. Puur toeval, dat samenvallen. En laat nou ‘Ontmoeten’ het thema van Grafiek2022 zijn. Ontmoeten en ‘City life’!  Volgens mij twee begrippen die elkaar aardig aanvullen. En ook dat is toeval. Dat ik nu mijn nieuwe steendruk juist vanwege Grafiek2022 voor het eerst den volke toon tijdens de kunstroute? Dat  is natuurlijk geen toeval. Net zo min als de aanbieding van ‘City life’ (oplage van slechts 25) voor de speciale prijs van €150 in de hele maand september. Daarna gaat die prijs wel omhoog. Naar de normale, markconforme €225. En dat blijft dan zo, inflatie of geen inflatie.

op de steen bezig met de eerste opzet van ‘City life’

Maar nu dat tot leven komen van ‘City life’. Want daarvoor moest er heel wat worden nagedacht, gewerkt en geperst. Binnenkort heb ik daarover een wat uitgebreider artikel klaar. Over die tweehonderd jaar oude, toen revolutionaire techniek en over de achterliggende kunstverhalen. Dat alles geïllustreerd met foto’s van het scheppingsproces van ‘City life’.Waarvan je er hier al enkele tussendoor gestrooid ziet.

de proefdruk van de 1e kleurendrukgang wordt kritisch bekeken
werkend aan de toevoegingen voor de tweede kleur

Maar voor een levende-beelden-verslag kun je nu al naar mijn eigen YouTube-kanaal . Om de video ‘City life- the coming alive of a stone lithograph’ te bekijken. Zodat je kunt meeleven met de vele stappen die ik samen met steendrukker Hans Van Dijck in zijn Antwerpse atelier moest zetten om deze tweekleuren-steendruk te creëren.

Die video is trouwens geplaatst vlak voor het verschijnen van deze blogaflevering. Ook geen toeval.

Ik denk dat ’t best interessant kan zijn om én die video te zien én dat artikel te lezen. Door die geschreven praatjes bij de levende plaatjes krijg je vast meer inzicht in het bewerkelijke procedé van het steendrukken. Naast ook meer kennis van de geschiedenis ervan en meer  detailinzicht. Wat er dan hopelijk weer toe leidt dat je mijn enthousiasme voor die prachtige, oude techniek kunt aanvoelen. Stuur maar een mailtje naar toosvanholstein@xs4all.nl en je ontvangt dat artikel in je inbox.

de drukgang met rood, de tweede kleur
hallelujah, ‘City life’ is geboren!

Terug naar de kunstroute. Want ook ter plekke zul je mijn enthousiasme ervaren. Mee omdat ik een deel van mijn atelier steendrukfähig maak. Ik ben die dag overigens niet de enige grafiek-enthousiasteling. Er doen nog zo’n 17 andere ateliers en galerieën mee met grafiekitems. Meer informatie? Natuurlijk op onze kunstroutesite kunstroutemiddelburg.nl/ , maar ook op de aan Zeeland gewijde pagina van de website van Grafiek2022.

het met potlood nummeren en signeren van alle exemplaren van ‘City life’
Toos van Holstein, City life (steendruk in oplage van 25)

Komt zondag 4 september niet goed uit, dan heb ik goed nieuws. Ik doe namelijk dit jaar ook weer eens mee met de nationale Open Monumentendag op zaterdag 10 september. De laatste keer was in 2019. Niet alleen van mijn atelier staan dan de deuren open maar ook die van een groot deel van mijn prachtig gerestaureerde monumentale pakhuis ‘Holstein’ uit 1738. En ik beloof dat ‘City life’ dan nog steeds te bekijken is. Zeg je sowieso al ‘die hoef ik niet meer te bekijken, doe mij er maar een’, dan is dat e-mailadres hierboven er goed voor. Trouwens, ben je nieuwsgierig naar die Open Monumentendag aan de Korendijk 56? Tot volgende week.

TOOS

‘De vrijwaring van vrees’ in Middelburg


Mijn stad Middelburg heeft iets met ‘The Four Freedoms’ van Franklin Roosevelt. En daardoor heb ik er ook iets mee. Roosevelt, de enige Amerikaanse president die vier keer werd verkozen. Ook de president die in 1941 die vier fundamentele vrijheden voor de mens, waar ook ter wereld, formuleerde. De vrijheid van meningsuiting, de vrijheid van godsdienst, de vrijwaring van gebrek en de vrijwaring van vrees. Vier vrijheden die ik verwerkte in een heel speciale kunstuitgave. Die nu perfect aansluit bij het thema van de grote Middelburgse kunstmanifestatie Façade2022 (zie aflevering vorige week) en daardoor bij de komende Middelburgse Kunst en Cultuurroute op 7 augustus. Maar dat komt zo.

screenshot van de website van de Kunst en Cultuurroute Middelburg

Want hoezo is er die band tussen Roosevelt en Middelburg? Omdat blijkbaar een voorvader heel, heel lang geleden uit Zeeland emigreerde naar de Verenigde Staten. Gevolgen? Twee presidenten Roosevelt: Theodore begin 20e eeuw en Franklin van 1932 tot 1945. En in Middelburg het Roosevelt Study Center, het University College Roosevelt en allicht een hotel The Roosevelt. Maar met als kers op de taart toch wel de Roosevelt Stichting. Die betrokken is bij de zogenaamde Four Freedoms Awards.

Eens in de twee jaar wordt de omgeving van de Nieuwe Kerk met z’n Lange Jan namelijk tot een fort omgebouwd. Met dranghekken, betonnen beveiligingsblokken, stevige beveiligers en de nodige politie. Want dan geven WA plus andere koninklijken, politieke BN’ers en bijbehorende belangrijken acte de présence voor de uitreiking van die Awards. Aan hen die zich, soms met gevaar voor eigen leven, inzetten voor die vier vrijheden.

de laureaten en de uitreikers dit jaar in de Nieuwe Kerk

Nelson Mandela bezocht daardoor Middelburg. Net als, om er maar een paar te noemen, VN-baas Kofi Anan, de Wit-Russische vrijheidstrijder Svetlana Tichanovskaia, de Tsjechische vrijheidsheld en president Vàclav Havel, godsdienstfilosoof Karen Armstrong, de Dala Laima, vrouwenrechtenstrijder Malala Yousafzai, dominee Desmond Tutu, filmster Liv Ullman, en niet te vergeten Angela Merkel. Want laat die nou zo’n kunstuitgave bezitten als ik in het begin al noemde!

omslag van mijn kunstuitgave gewijd aan de Four Freedoms

Toen zij namelijk, alweer enkele jaren geleden, de Freedom Medal kreeg uitgereikt in de Nieuwe Kerk ontving ze daarbij ook die kunstuitgave van mij. Een genummerd exemplaar met door mij uitgekozen citaten van Four Freedoms laureaten, geïllustreerd met originele tekeningen.

Dit idee was begin van dat jaar in me opgekomen en mocht ik in overleg met de Roosevelt Stichting ook gaan uitvoeren. Dat werd dus tien indringende citaten selecteren. Toen omslag en lay-out bepalen in overleg met Jean-Paul Aureglia van mijn galerie Quadrige in Nice. Want hij ging de kleine oplage van 30 met de hand zetten en draaien op zijn eigen pers.

deel van de letterbakken van Jean-Paul in zijn galerie Quadrige in Nice

Vandaar ook die Franstalige titel op de buitenkant. Want voor een echte Fransman als hij was een Engelstalige titel psychisch gezien toch echt een stap te ver, die citaten waren ten slotte al in het Engels. En daarna was ’t aan mij om bij de gedrukte uitspraken van de laureaten in elke genummerde uitgave tien originele tekeningen te maken. Ik heb wat afgetekend en gesigneerd. Sowieso elk boekje, maar ook elke tekening.

‘In societies where men are truly confident of their own worth, women are not merely tolerated but valued’, uitspraak van de nu in Myanmar gevangen zittende Aung San Suu Kyi

Bewust heb ik toen nog enkele exemplaren achter gehouden zonder tekeningen. Wie weet zou ik die nog eens kunnen gebruiken. En ja dus! De grote 5-jaarlijkse kunstmanifestatie Façade kreeg dit keer als leidraad ‘de vrijwaring van vrees’. Bingo, daar kon ik wel wat mee!

bezig met het maken van nieuwe tekeningen voor de ‘Citations’

Vorige week schreef ik al dat ik best moeite had om te ontdekken wat een aantal van de kunstobjecten nou eigenlijk te maken had met dat thema.  Bij mijn ‘Citations des lauréats’ hoef je daar overduidelijk niet naar te speuren.

Neem het citaat ‘For me peace is not only the absence of war but the absence of fear’. Een uitspraak van Malala Yousafzai. De Pakistaanse Nobelprijswinnaar die als meisje door zo’n gehersenspoelde Taliban door het hoofd werd geschoten omdat ze de euvele moed had naar school te willen, die aanslag overleefde en sindsdien onvermoeibaar vreedzaam strijdt voor de vrouwenrechten en het recht op onderwijs voor hen. Absoluut een dijk van een wijf!

Malala Yousafzai
I no longer think that any principle or opinion is worth anything if it makes you unkind or intolerant

Of bovenstaande uitspraak van Karen Armstrong, voormalige non, spraakmakend auteur en godsdienstfilosoof. Toen zij een paar jaar geleden in Middelburg een lezing gaf heb ik haar, als bewonderaar, gesproken en zo’n uitgave van mijn ‘Çitations’ gegeven.

Karen Armstrong

Nu liggen er zondag 7 augustus tijdens de Middelburgse kunstroute (1-5 uur) nog een paar te koop in mijn atelier (Korendijk 56). Met in elk 10 vers gemaakte tekeningen. Een item voor de verzamelaar en liefhebber?

nog zo’n actiefoto van het maken van de nieuwe tekeningen

Tot volgende week.

TOOS

Video van mijn ‘the UOVO Project’: 4 intense Italiaanse weken in 8 krachtige minuten samengebald


met Giampietro Rampini in zijn atelier met een van de objecten uit ‘the UOVO Project’

Rond half mei meldde ik hier voor ’t eerst dat ik me bevond in Gubbio. Die prachtige middeleeuwse stad in Umbrië waar ik een paar weken eerder was neergestreken. Maar dat moest toen nog even geheim blijven, ik moest namelijk eerst stevig broeden op een collectie héééél grote eieren. Uit mijn zogenaamde ‘Ei-project’. Dat ik nu, kwestie van voortschrijdend woordgebruik, heb omgedoopt in ‘the UOVO Project’. Klinkt veel leuker toch, met ’t Italiaanse ‘uovo’ voor ei? En daarbij, een internationale titel oogt natuurlijk ook stukken beter.  Zeker nu mijn video over dat project op YouTube net ‘in première’ is gegaan. Op mijn al een aantal jaren bestaand eigen YouTube-kanaal. Waar dus ook filmpjes staan van eerder plaatsgevonden kunstige zaken van mij. Maar dat terzijde.

Zogezegd  een zeer vers gelegd ei. ’t Was even flink persen maar met het resultaat ben ik heel tevreden. Wat ook geldt voor mijn eieren-draaier Daniele Minelli, de man met de gouden handjes, en Maestro Giampietro Rampini, de man zonder wiens technische kennis en keramiekovens ik dit project nooit had kunnen voltooien.

met Daniele bij mijn ‘the UOVO Project’ in wording

Met Daniele heb ik nu, net als met Giampietro, drie keer samengewerkt. En elke keer krijg ik meer bewondering voor wat hij doet en wat hij kan. Kijk gewoon maar eens alleen naar zijn handen in de video, of naar zijn intens gefocuste blik, naar zijn gemoedelijkheid, de vriendelijkheid die hij uitstraalt en zelfs dat gebruik van zijn kin bij het draaien! Pure klasse. Niet voor niets krijgt hij tegenwoordig opdrachten vanuit allerlei streken. Zoals bijvoorbeeld uit Parijs en zelfs Australië. En Middelburg dus.

nogmaals Daniele

En dan Giampietro! Italiaanser kan in mijn ogen bijna niet. Geen geweldige organisator maar een improvisator in optima forma. Als je zijn atelier ziet, zie je gelijk hoe hij is. Beetje chaotisch!

links achterin ben ik aan het werk op ‘mijn plek’
deel van het magazijn

En toch komt altijd alles prima voor elkaar. Met een nimmer aflatend enthousiasme, altijd bereid zijn kennis met me te delen, altijd openstaand voor allerlei ‘onmogelijke’ ideeën die opborrelen in dat associatieve brein van mij. Waarbij we dan na uitvoering ervan samen blij verrast zijn met de resultaten. Hij heeft in het verleden met bekende keramisten uit Engeland, Australië, Turkije en Iran samengewerkt. Maar de combinatie van mijn onbevangenheid en leergierigheid op keramiekgebied heeft tot een heerlijk speciale samenwerking geleid.

met Giampietro het resultaat bekijken na de eerste keer bakken in de oven

En nu dus maar afwachten of kunstliefhebbers ook zo blij verrast zijn met de uitkomsten van ‘the UOVO Project’. Bij de opening van mijn grote, nog tot 17 juli durende expositie ‘De Verwondering’ in Galerie Drentsche Aa in Balloo (zie deze aflevering) ging de kop er in ieder geval gelijk al af.

‘Uovo Unico’, te bekijken bij galerie Drentsche Aa

En aanstaande zondag 3 juli, bij de maandelijkse editie van onze onvolprezen Middelburgse Kunst en Cultuurroute, toon ik een aantal andere ‘eieren’ voor de eerste keer. Een Zeeuwse première dus. Komt dat zien! Ik zal er dan ook graag over vertellen. Van 1 tot 5 uur aan de Korendijk 56.

links ‘Uovo Toscana’en rechts ‘Uovo di Luce’, te bekijken in mijn atelier aan de Korendijk 56

Tot volgende week.

TOOS  

Hoe de Indiase vissers van Kovalam in het Drentse Balloo verzeild raakten: een ReisKunst-verhaal


‘Kovalam’ op de expositie ‘De Verwondering’ in Galerie Drentsche Aa in Balloo

Een kleurrijke vleug Zuid-India bij mijn expositie ‘De verwondering’ in het noordelijke Drentse Balloo. Een olieverfschilderij met de titel Kovalam, centraal op de foto hierboven. Met zo’n speciale titel zit daar natuurlijk een verhaal achter, een ReisKunst-verhaal.

Vier jaar geleden alweer trok ik een aantal weken rond in Zuid-India. En belandde daarbij ook in het allerzuidelijkste puntje van India, aan weerszijden omgeven door de Indische Oceaan. In Kovalam. Niet alleen een toeristische bestemming maar ook een vissersplaats. Zo een waar ’s morgens vroeg nog de vissers met hun houten bootjes hun verse vangst ter verkoop op het strand komen deponeren. Waarna die boten hutje mutje naast elkaar worden gelegd of het nabijgelegen strand worden opgetrokken.

 “In het zweet uws aanschijns zult gij brood eten”, om maar eens een toepasselijke zinsnede uit het Bijbelse boek Genesis aan te halen. En dat natuurlijk terwijl bezoekers op hun gemakkie plaatjes staan te schieten. In dat soort situaties kijk ik vooral, neem waar, zuig op en laat de kleurkegeltjes in mijn netvlies overuren maken bij het uitvoeren van hun taak.  Levensgezel laat dat dan weer over aan de pixels in zijn camera. Voor later, voor het digitaal geheugen.

De uitermate levendige en kleurrijke beelden die ik in Kovalam opsloeg in m’n grijze hersencellen  resulteerden uiteindelijk in mijn Middelburgse atelier in dat gelijknamige schilderij. Een echt ReisKunst-schilderij dus. Waarbij voor mij persoonlijk heel goed valt te herleiden hoe de compositie ervan tot stand is gekomen. Maar of dat voor ieder ander ook zo is? Ik heb het lichte vermoeden dat je daar een heel goeie spoorzoeker voor moet zijn. Tja, mijn kunstenaarsslogan, ‘for me art is travelling the mind’, is natuurlijk niet zomaar uit de lucht komen vallen. En toch, kijk hieronder nog maar eens goed naar dat ‘Kovalam’.

Toos van Holstein, Kovalam (olieverfschilderij, 110-150 cm)

Zo hangen er natuurlijk meer schilderijen waarin een ReisKunst-verhaal verscholen zit. Wie weet komen die nog wel eens te voorschijn. Hoe dan ook, onderstaande foto’s van de opening van ‘De Verwondering’ tijdens het afgelopen Pinksterweekeinde spreken nu al voor zich.

Met op die foto’s vanzelfsprekend ook de geëxposeerde resultaten van mijn ‘Ei-Project’. Het project dat ik een paar weken geleden afsloot in de Italiaanse keramiekstad Gubbio na een verblijf daar van een maand. Een project waar ik vast nog wel eens op terugkom.

drie van mijn ei-objecten uit de serie van mijn ‘Ei-Project’

Maar nu eerst even wat rust. Want vanaf half juni staat er al weer een andere onderneming op stapel. Iets met nieuwe steendrukken. Met natuurlijk ook een nieuw verhaal voor ergens in de toekomst. Tot volgende week.

TOOS