![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-00a-teotihuacan-i.jpg?w=567)
Heb je wel eens een tweebaansweg gezien met aan weerszijden voortsnellende kakkerlakken? Mexicaanse kakkerlakken? En dat dan ook nog in een hotelkamer? ’t Overkwam levensgezel en mij tijdens onze rugzakreis door Mexico toen we waren aangeland in de buurt van Teotihuacan. Voor een luttel aantal peso’s verkregen we een kamer als een balzaal met daarin een navenant groot bed. Niet onaardig natuurlijk. Tot! Tot ik plots die kakkerlakken-snelweg dwars door onze balzaal op het netvlies kreeg! En dat terwijl ik altijd al een gloeiende hekel aan dat tuig heb gehad. Gelukkig stonden de beddenpoten in met petroleum gevulde potjes. Want, zo wist men bij de receptie, kakkerlakken hebben dan wel een zeer breed ontwikkeld smaakpatroon, maar zwemmen in een badje petroleum? Daaraan hadden zíj dan weer gloeiend de pest.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-01.jpg?w=567)
Afgezien van die Teotihuacaanse kakkerlakken was de rest een prachtige ervaring. Want als je Teotihuacan zegt (levensgezel bedacht voor die nogal tongverstruikelende naam het ezelsbruggetje Theo-die-wat-kan), zeg je ook Piramide van de Maan en Piramide van de Zon. Gigantische, bijna tweeduizend jaar oude, hoge steenconstructies omringd door allerlei andere overgebleven tempelresten. Één van de uitgebreidste archeologische plekken in Mexico. En dat zegt wel iets in een land waar nog heel veel architectuur is terug te vinden van precolumbiaanse volken als de Olmeken, Maya’s, Tolteken en Azteken.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-02a.jpg?w=567)
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-03.jpg?w=567)
In dat Teotihuacan is ’t echt een kwestie van ‘de paden op, de lanen in, vooruit met frisse pas’. Op wat weer een relatief klein deel is van een stad die in zijn bloeitijd, tot ongeveer 500 n.C., een oppervlak van om en nabij 20 km2 moet hebben gehad. Ik heb er de nodige zweetdruppels gelaten. Zeker bij het beklimmen van de vele, vele piramidetraptreden.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-04a-pyramide-1.jpg?w=567)
Maar zoals dat heet, ‘inspiratie door transpiratie’. Met als gevolg bijvoorbeeld het schilderij bovenaan en het onderstaande.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-05a-teotihuacan-ii.jpg?w=567)
Beide zogenaamde marouflé’s. Een techniek waarbij beschilderd doek of papier op een stevige ondergrond wordt geplakt. Bij papier natuurlijk wel met zuurvrije lijm! Dat ik daarna nog andere technieken toepaste? Allicht. Eerst dus aquarelleren op dat papier, toen opplakken, daarna erop doorgaan met olieverf en het geheel afsluiten met een beschermende vernis. Want waarom zit een aquarel eigenlijk altijd achter glas? Om aantasting door de lucht te voorkomen. Bij die marouflé’s van mij is dat dus niet meer nodig.
Deze schilderijen zijn natuurlijk weer geen afspiegeling van de realiteit, wel er op gebaseerd. In een combinatie van wat in mijn atelier uiteindelijk aan beelden uit mijn herinneringen op plopte.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-07-koepels.jpg?w=567)
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-06-gebouwen.jpg?w=290)
Zoals ook bij die boos kijkende kop in ‘Teotihuacan I’. Want dat wist ik natuurlijk al wel uit de kunstgeschiedenis. Die precolumbiaanse beelduitingen zijn echt heel anders dan waar wij in de loop der eeuwen in onze cultuur aan gewend zijn geraakt. Wat zien hun goden er vaak boos, nors, demonisch en angstaanjagend uit. Zoals de slangengod Quetzalcoatl bij de tempels van Teotihuacan.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-08-kop-2.jpg?w=1024)
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-10-kop.jpg?w=472)
En van de Jaguar-god en de Regen-god van de Maya’s kun je ook niet zeggen dat ‘t vrolijke jongens zijn.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-09-jaguar-god-en-regen-god.jpg?w=567)
Heel intrigerend, die zo heel andere beeldcultuur. Over de bijbehorende vele mensenoffers om de goden tevreden te houden zal ik het dan maar niet hebben. Hadden ze daarvoor niet beter kakkerlakken kunnen gebruiken? Kijk, over de schilderkundige verwerking van mijn herinneringen aan de precolumbiaanse architectuur en die demonische goden ben ik wel tevreden. Maar de verwerking van die kakkerlakkensnelweg? Toen ik bij het schrijven van dit stukje er aan terugdacht, kreeg ik spontaan weer koude rillingen en trokken mijn tenen automatisch weer krom. Daar valt geestelijk gezien dus nog enig werk te verrichten. Aan onderstaand olieverfschilderij niet meer.
![](https://toosvanholstein.wordpress.com/wp-content/uploads/2022/04/teo-10a-chichen-itza.jpg?w=450)
Tot volgende week.
TOOS